Radboud Universiteit
Zoek in de site...

Deelregeling verdeling inkomsten uit octrooien

Download de Deelregeling verdeling inkomsten uit octrooien (pdf, 22 kB) of raadpleeg haar hierna:

Behorend bij Algemene regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie van de Radboud Universiteit Nijmegen en het UMC St Radboud

september 2007

Vastgesteld door de Raad van Bestuur met instemming van de Ondernemingsraad.

Vastgesteld door het College van Bestuur met instemming van het Lokaal Overleg.

Deze deelregeling maakt na vaststelling door het College van Bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen en de Raad van Bestuur van het UMC St Radboud een integraal onderdeel uit van de Algemene Regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie.

Deze deelregeling heeft betrekking op de verdeling van inkomsten uit de exploitatie van octrooien die (mede) door werknemers en andere onderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen en het UMC St Radboud tot stand zijn gekomen en waarop deze instellingen rechten kunnen doen gelden zoals omschreven in de Algemene Regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie. Het juridische kader in dit verband wordt gevormd door artikel 12 van de Rijksoctrooiwet 1995, de relevante bepalingen in de CAO Nederlandse Universiteiten en de CAO Universitair medische centra de Algemene Regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie.

1. Deze deelregeling geldt voor werknemers van de Radboud Universiteit Nijmegen en het UMC St Radboud. Daarnaast geldt de deelregeling voor andere onderzoekers bij de Radboud Universiteit Nijmegen en het UMC St Radboud, zoals stagiaires, studenten en gastonder- zoekers, indien met de betreffende persoon is overeengekomen dat voor hem/haar de Algemene Regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie van toepassing zijn. Onder werknemers als hier bedoeld worden verstaan degenen waarop de CAO Nederlandse Universiteiten cq de CAO Universitair medische centra van toepassing is.

2. Als inkomsten worden beschouwd alle gelden die Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud verwerft door het zelf of door tussenkomst van derden verkopen of licentiëren van aangevraagde of verleende octrooien, waarop Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud aanspraak heeft op grond van de wet, relevante CAO-bepalingen, danwel op grond van de Algemene Regels ten behoeve van Kennisbescherming en Kennisexploitatie.
Indien naast de Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud derden aanspraak kunnen maken op inkomsten zoals hier bedoeld worden als inkomsten beschouwd die gelden die rechtmatig aan de Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud toekomen nadat verdeling of verrekening van de inkomsten tussen de Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud en die derden heeft plaatsgevonden.

3. Alleen de Netto-inkomsten komen voor verdeling in aanmerking. De Netto inkomsten worden telkens aan het einde van een kalenderjaar vastgesteld door het College van Bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen op voorstel van de decaan van de betreffende faculteit cq door de Raad van Bestuur van het UMC St Radboud op voorstel van de directeur onderzoek. Om te komen tot de vaststelling van de Netto-inkomsten worden de onderstaande sub a, b en c genoemde kosten in mindering gebracht op de inkomsten als hiervoor in artikel 2 bedoeld:
a) de kosten die door Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud worden gemaakt in drie fasen in het octrooiproces, zijnde: de voorbereiding (o.a. octrooiscan), de feitelijke aanvraag en de instandhouding van het octrooi of de octrooien waaruit de inkomsten voortvloeien;
b) de kosten die door Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud worden gemaakt ter voorbereiding van de verkoop van het desbetreffende octrooi (bijv. marktsearch of instandhouding van ondersteunende octrooien) of het licentiëren van de rechten verbonden aan het desbetreffende octrooi. Hierbij wordt onder octrooi mede verstaan een aanspraak op een octrooi;
c) de kosten die door Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud worden gemaakt voor de verdere ontwikkeling van de uitvinding ten einde de desbetreffende octrooiaanvraag of octrooi voor vermarkting geschikt te maken;

4. De verdeling van de Netto-inkomsten als hiervoor bedoeld in artikel 3 geschiedt éénmaal per kalenderjaar door het College van Bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen op voorstel van de decaan van de betreffende faculteit cq door de Raad van Bestuur van het UMC St Radboud op voorstel van de directeur onderzoek op grond van de volgende verdeelsleutel: 4.1. De uitvinder(s) persoonlijk ontvangt/ontvangen (gezamenlijk) 25% van de Netto-inkomsten, onder de voorwaarde dat de uitvinders(s) heeft/hebben voldaan aan de Algemene regels ten behoeve van kennisbescherming en Kennisexploitatie en de hiermee onlosmakelijk verbonden en vastgestelde deelregeling(en). Als uitvinder wordt gezien degene die door wet en jurisprudentie als zodanig wordt aangemerkt. De uitkering vindt plaats in de vorm van een bruto-gratificatie. In die gevallen waarin de uitvinder/uitvinders afstand doet/doen van het recht op een deel van de inkomsten gaan deze middelen automatisch naar de betrokken afdeling(en) c.q. onderzoeksgroep(en) waar de vinding is gedaan.
4.2. De betrokken afdeling(en ) dan wel onderzoeksgroep(en) waar de uitvinding is gedaan ontvangt/ontvangen (gezamenlijk) 35% van de Netto-inkomsten. Het betreffende bedrag kan door het faculteits- of clusterbestuur aan een maximum worden gebonden als onverkorte toepassing van deze regeling leidt tot een afdelingsreserve waarvoor, naar het oordeel van het faculteits- of clusterbestuur, geen zinvol bestedingsplan beschikbaar is.
4.3. De overige 40% van de Netto-inkomsten komt ten goede van de algemene middelen van de Radboud Universiteit Nijmegen cq van het UMC St Radboud.
4.4. De uitbetaling van de Netto-inkomsten geschiedt jaarlijks in euro’s tegen de dagwaarde van het moment waarop de inkomsten van de derde partij(en) worden ontvangen.
4.5. Voor zover Netto-inkomsten niet overeenkomstig deze regeling worden verdeeld, vervallen zij aan de algemene middelen van de Radboud Universiteit Nijmegen of het UMC St Radboud en worden deze besteed aan onderzoek.

5. Het hiervoor in artikel 4.1 bedoelde bedrag wordt door de uitvinder(s) en door Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud aangemerkt als finale afdoening van alle huidige en toekomstige rechten die de uitvinder(s) ten aanzien van de uitvinding heeft/hebben of mocht(en) hebben. Door ontvangst van dit bedrag, doet/doen de uitvinder(s) afstand van alle mogelijke huidige en toekomstige rechten ten aanzien van de uitvinding ten gunste van de Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud. Het hiervoor in artikel 4.1. bedoelde bedrag wordt beschouwd als een billijke vergoeding als bedoeld in artikel 12 lid 6 van de Rijksoctrooiwet 1995 en voorzover het betreft werknemers van Radboud Universiteit Nijmegen als een billijke vergoeding als bedoeld in artikel 1.23 van de CAO Nederlandse Universiteiten.

6. Deze regeling is van toepassing op alle inkomsten uit de exploitatie van octrooien die door de Radboud Universiteit Nijmegen cq UMC St Radboud worden aangevraagd met ingang van de dag waarop deze deelregeling is vastgesteld door het College van Bestuur en/of Raad van Bestuur.