Radboud Universiteit
Zoek in de site...

de Napoleontische tijd

Vrede van Amiens

Rond 1801 maakte Nederland voor het eerst kennis met Napoleon. Het oordeel over hem was toen echter nog overwegend positief. Helemaal toen hij de Vrede van Amiens – waarmee een einde werd gemaakt aan tien jaar oorlog – met Engeland sloot in 1802. In Frankrijk werd Napoleon onder invloed van de vreugde over de vrede tot Consul voor het leven gekozen (augustus 1802). De vredesbeloftes van politieke stabiliteit en economisch herstel bereikten ook Nederland. Het werd het fundament waarop het nieuwe vaderland, na de roerige fase van de revolutie, gestalte moest krijgen. Overal in het land werd de vrede bezongen; er werden grote vredesfeesten georganiseerd, er verschenen lofdichten en liedbundels. Men hoopte dat na een decennium oorlog, die was uitgebroken na de Franse Revolutie, de handel weer zou worden hersteld en de rijkdom zou terugkeren. Overigens sloeg deze jubelstemming in korte tijd weer snel om toen bleek dat zowel Engeland als Frankrijk niet van plan waren zich aan de vrede te houden.

Vrede van Amiens

Lodewijk Napoleon

Het historische oordeel over Lodewijk Napoleon zweefde lange tijd tussen de ‘lamme naïeve koning’ (iek ben konijn van olland) en de goede koning die zich als vader van de natie opstelde na de buskruitramp in Leiden en de overstromingen in Zeeland en in Gelderland. Kritiek op Lodewijk Napoleon kwam in de jaren van het koninkrijk Holland (1806-1810) op de aanspraak die hij als katholieke Fransman maakte op de Hollandse troon. De kritiek werd het heftigste in 1809 toen hij de gewapende burgermacht wilde omvormen tot een dienstplichtleger en met de inval van de Engelse troepen in Walcheren. Kritiek was er ook op zijn vermeende spilzucht. Nederlanders waren niet gewend aan een monarch die veel geld uitgaf aan zijn hofhouding en paleizen. Zo liet hij bijvoorbeeld nadat hij het Paleis op de Dam had betrokken, het Waaggebouw op de Dam afbreken om een beter uitzicht te hebben.

Lodewijk Napoleon

De Inlijving

Uit onvrede over het beleid van zijn broertje Lodewijk Napoleon besloot keizer Napoleon Bonaparte Nederland in 1810 alsnog bij het Franse keizerrijk in te lijven. Vanaf juli 1810 viel heel Nederland onder het gezag van de keizer. De gebieden ten zuiden van de Waal werden al eerder (in maart 1810) ingelijfd en werden aangestuurd vanuit Parijs. De andere provinciën (de 'Hollandse departementen') werden door een gouverneur-generaal bestuurd. Deze gouverneur–generaal Charles-François Lebrun, hertog van Plaisance, (1739-1824) had direct toegang tot de keizer. In de Hollandse gebieden werden vanaf 1 januari 1811 de Napoleontische wetten van kracht. Een van de belangrijkste gevolgen was de invoering van de dienstplicht. Het Franse keizerlijke gezag bleef tot november 1813, toen de Fransen Nederland verlieten, van kracht.

Napoleon in Amsterdam

De dienstplicht

Napoleon had soldaten nodig om zijn vele oorlogen te voeren. In zijn hele keizerrijk voerde hij daarom de dienstplicht (in die tijd ook wel conscriptie geheten) in. Die dienstplicht geschiedde door middel van loting. Rijke jongeren konden vaak hun dienstplicht afkopen. Nederland kreeg vanaf 1811 ook te maken met deze dienstplicht. Uiteindelijk werden er door de Napoleontische dienstplicht zo’n 30.000-35.000 Nederlandse jongens onder de wapenen geroepen vanaf begin 1811 tot aan de nazomer van 1813. Tegen de dienstplicht bestond veel verzet. Op verscheidene momenten vonden zogenoemde ‘conscriptieoproeren’ plaats, die door de Napoleontische autoriteiten met harde hand werden neergeslagen. Ook in de liederencultuur werd de dienstplicht een populair onderwerp. In de liederen werd vaak op bittere wijze het lot van de Nederlandse dienstplichtigen bezongen. Het bekendste voorval vond plaats in Amsterdam tijdens het eerste grote conscriptieoproer in maart 1811. Volgens de Franse autoriteiten zouden er een groot aantal (1000 stuks) liedbladen circuleren en werden de liederen de hele nacht gezongen in de straten van de stad. Nadat het protest een aantal dagen later ook gewelddadige vormen aannam besloten de autoriteiten (onder druk van Napoleon) een aantal oproerkraaiers te executeren.

dienstplicht

Oranje boven

Het einde van de Napoleontische overheersing in Europa begon met de mislukte veldtocht tegen Rusland in de tweede helft van 1812. Vanaf het moment dat het nieuws over Napoleons Russische nederlaag doordrong, in de tweede week van januari 1813, begonnen de Nederlanders zich in pamfletten en liedjes voor te bereiden op een toekomst zonder Napoleon. De verwijzingen naar 'Oranje' begonnen hier een steeds grotere rol in te spelen. Het hoofd van de politie in Nederland Devilliers Du Terrage constateerde geschrokken dat het leek alsof: ‘de herinnering aan het Huis van Oranje wakker werd in de harten van de Nederlanders’. Steeds meer pamfletten stonden vol met verwijzingen naar het orangistische verleden en de terugkeer van de Prins van Oranje in Nederland. Dit orangisme kwam het sterkst tot uiting tijdens de omwenteling in de laatste twee weken van november 1813 toen de Fransen zich uit Nederland terugtrokken.

Oranje boven