Aanleiding
In het huidige curriculum van de bachelor Psychologie ligt de nadruk sterk op behalen van summatieve eindtoetsen. Deze focus zet aan tot kortetermijndenken en staat integratie van de leerstof in de weg. Studenten ervaren een hoge prestatiedruk en missen inzicht in opleidingsdoelen en hun persoonlijke ontwikkeling. Daarnaast ervaren docenten piekbelasting door de grote hoeveelheid toetsing en hebben zij weinig ruimte om reflectie en betekenisvolle feedback te bieden. Kan Programmatisch toetsen bijdragen aan het versterken van het leerproces en de ontwikkeling van academische en professionele vaardigheden?
Hypothese
Maartje en Rob voeren een pilot uit die moet uitwijzen of programmatisch toetsen het leerproces kan verbeteren door te focussen op ontwikkeling in plaats van learning for the test. Dit gebeurt door niet alleen te toetsen op cursusniveau, maar ook de persoonlijke groei gedurende het hele curriculum in kaart te brengen. De pilot wordt uitgevoerd binnen de leerlijn Persoonlijke en Professionele Ontwikkeling (PPO). Hier verzamelen studenten verschillende ‘datapunten’ in een portfolio, waarop ze regelmatig reflecteren en feedback ontvangen van peers en mentoren.
Gewenste oplossing
Door tussentijdse feedback op de ontwikkeling van competenties krijgen studenten eerder zicht op hun sterke en zwakke punten, wat de academische ontwikkeling stimuleert. De pilot richt zich op het stimuleren van zelfregulerend leren, waardoor studenten actiever hun voortgang ten opzichte van einddoelen evalueren en verantwoordelijkheid nemen voor hun leerproces. Daarnaast zullen docenten meer op curriculumniveau moeten afstemmen, wat de samenhang binnen het programma zal versterken. Het doel van de pilot is om inzicht te krijgen in hoe programmatisch toetsen de academische groei van studenten kan bevorderen en welke aandachtspunten van belang zijn voor bredere implementatie binnen de opleiding.
Plan van aanpak
Het project start met een literatuurstudie naar programmatisch toetsen en het ophalen van best practices via contact met andere universiteiten, uitgevoerd door Rijkstrainee Rivka van der Water. Daarnaast worden de einddoelen van PPO en de opleiding vastgesteld. Op basis hiervan geeft Rivka advies over de inzet van programmatisch toetsen binnen PPO. Studenten worden betrokken bij de ontwikkeling van de cursus en portfoliosysteem Portflow waarmee hun ontwikkeling ten opzichte van de opleidingsdoelen in kaart kan worden gebracht. In Porflow komen de datapunten en hun verbinding met de cursussen binnen PPO te staan. De pilot wordt vervolgens geïmplementeerd in de PPO-leerlijn en geëvalueerd met alle betrokkenen, waaronder studenten, docenten, de examencommissie en het ontwikkelteam.