Zoek in de site...

De examenklas zonder eindexamen

Door: Florentine Krijnen

Het is de tijd van de Corona-crisis. Aangescherpte maatregelen, dus ik doe even snel in mijn eentje een boodschap, als ‘afgevaardigde’ van mijn gezin. Ik sta bij de bakker, op 1,5 meter afstand van de klant voor me, te wachten tot ik mijn brood kan bestellen. 10.36 uur. Push-bericht van de NOS: “Centrale eindexamens gaan niet door”. Het is 24 maart 2020: de centrale examens zijn afgelast. Vol ongeloof en overvallen door een vreemd soort verdriet, snel ik onhandig zeulend met mijn broden, in mijn telefoon gedoken naar huis. Het gaat als een lopend vuurtje. Reacties zijn zeer uiteenlopend. Waarom voel ik me zo emotioneel?

Thuis. 11.30 uur persconferentie. Minister Slob licht de doorgehakte knoop toe. Mijn dochter van bijna vijf kijkt mee. De televisie aan midden op de dag en het volume flink omhoog, dan is er iets aan de hand. “Is dit de baas van Nederland, mama?”. “Nee, maar vandaag wel die van alle leraren en grote leerlingen”.
Ik word enorm geraakt door dit nieuws. Er gaat een scheut emotie door me heen. Geen examens. Een proces dat ik samen met mijn leerlingen jaarlijks aanga. We doen het samen, ik voorop, maar vooral ook zij aan zij, zelfs tot aan de deur van de gymzaal waar ik ze op de betreffende dag een laatste bemoedigende glimlach, peptalk of high five geef. Ook dán ben ik erbij. En nu ineens, met de finish in zicht, wordt de wedstrijd gestaakt, helemaal afgelast zelfs. En we zijn niet samen, maar alleen. Een totaal onwerkelijke situatie.

Mijn examenklas vwo heeft die middag om 16.00 uur een online les. Het nabespreken van examenteksten. Op het 9e uur nota bene! Wat een toewijding! “Gaat het door?” vragen er een aantal, nadat ze te horen hebben gekregen dat ze ineens zo goed als klaar zijn. Terechte vraag, maar: ja, het gaat door, want ook dít doen we samen; even bespreken hoe het nieuws gevallen is en hoe we ons nu voelen.

15.57 uur. Ik zit op de werkkamer voor mijn scherm, klaar om te beginnen. Ik kijk enkele minuten lang mezelf aan via de webcam en concludeer dat ik alleen ben. Geen laatste les gehad, en nu dus zelfs niet online. Dat was het dan. Tot ineens in rap tempo de leerlingen van deze lesgroep binnenstromen, net iets over vieren, feitelijk niets nieuws, tot op mijn hele scherm vol bekende koppies, ruim twintig paar ogen me aankijken. Wat ben ik blij om ze te zien! Ik heb ze écht gemist!
Het wordt een fijn gesprek. Er wordt gelachen, nadat de onzekerheden en angsten zijn uitgesproken. Van paniek naar ontlading, sámen. Er wordt gezegd: wat hebben we een geluk gehad met onze reis naar Parijs in de derde week van februari. Een week later werden er allerlei (school)reizen in Europa afgelast, maar ons nemen ze dit niet meer af!

16.40 uur. We zwaaien elkaar uit. Normaal schud ik hen de hand bij de deur, nu zwaaien we naar elkaar via de webcam. Het zijn bizarre tijden. Het was een vreemde dag. Ik voelde me alleen en misschien zelfs onbegrepen in mijn verwarring, ontsteltenis en verdriet. Maar nu niet meer. Misschien ben ik zelfs wel trots. Want het feit dát het me zo raakt, onderstreept voor mij de essentie van mijn werk. Ik geloof dat mijn emotionele betrokkenheid óók iets zegt over mijn professionaliteit en daarom ben ik de docent die ik ben en daarom hou ik van mijn vak. Ik schrok vanochtend van de verantwoordelijkheid die ik ineens voelde, maar had ik die niet allang?

Vandaag zag ik vooral wat we nu gaan missen, maar morgen zal ik zien dat dit een kans is. Dat het deuren opent, dat het de uitgelezen kans is het eindexamen kritisch onder de loep te nemen en opties te (her)overwegen. Vandaag was wellicht het eerste signaal dat we het einde van een tijdperk naderen.
Vandaag was een rare dag. 24 maart 2020. De dag waarop ik mijn leerlingen zei: “Alles is anders, veel is onzeker, maar één ding niet: jullie schrijven geschiedenis en we vergeten dit nooit meer. Jullie waren de (eerste?) examenklas zonder eindexamen”.