De heropleving van het Nederlandstalige lied

Boudewijn de Groot, Lenny Kuhr, Herman van Veen, Het Goede Doel of Doe Maar: een paar decennia geleden was er Nederlandstalige muziek in overvloed. Er volgde een periode waarin vooral de Engelse muziek aan populariteit won. Dat is bijvoorbeeld terug te zien aan het feit dat de Nederlandse inzending voor het Songfestival, net als die van veel andere landen, steeds vaker in het Engels was. Sinds de coronaperiode is het Nederlandstalige lied echter weer terug van weggeweest. Er zijn verschillende ontwikkelen aan te wijzen die dit vermoeden steunen. Nadat Nederland in 2010, met Sieneke, voor het laatst meedeed aan het Eurovisiesongfestival met een Nederlandstalig lied, was de inzending ‘De diepte’ van S10 na twaalf jaar weer Nederlandstalig in 2022. Daarnaast won Froukje met ‘Ik wil dansen’ in 2021 de prijs van 3voor12 voor Song van het jaar en bovendien waren maar liefst acht van de negen hoogste noteringen in de Song van het jaar-competitie Nederlandstalig. Naast S10 en Froukje zijn er op het moment nog veel meer populaire Nederlandstalige zangers en bands: Goldband, Bente, Susan & Freek, Meau en ga zo maar door. Ook binnen de hiphop is het Nederlands populair. Adf samski, Boef en Hef rappen bijvoorbeeld in het Nederlands.

Interessante vragen

• Wat zouden de oorzaken kunnen zijn voor de toegenomen populariteit voor het Nederlandstalige lied?
• Welke rol heeft Nederlandstalige hiphop gespeeld in de heropleving van het Nederlandse lied?
• In hoeverre gaat de heropleving van het Nederlandse taal gepaard met een herwaardering voor de Nederlandse taal an sich?
• Is er in andere landen een hernieuwde waardering te vinden voor muziek in de eigen taal?
• Welke ontwikkeling is er te zien bij grote muziekprijzen op het gebied van Nederlandstalige muziek?

Bronnen & Literatuur

• Onze Taal, themanummer ‘Het Nederlandstalige lied’. Onzetaal nr. 9 (2022).
• Maurice Dumont. ‘Sterrenstof: hoe popliedjes je lessen Nederlands kunnen verrijken.’ Levende Talen Magazine 100 (2), 24-27.

Deze handreiking voor een profielwerkstuk is gemaakt door de Faculteit der Letteren.