Met ruim 80 miljoen Duitsers als potentiële klant is het niet gek dat veel Nederlandse ondernemers hun activiteiten graag naar onze oosterburen willen uitbreiden. Dat kan niet zo moeilijk zijn, toch? De meeste Nederlanders spreken wel een aardig woordje Duits en anders kan er altijd nog op het Engels overgeschakeld worden. Dit is een misverstand dat wij graag de wereld uit helpen.
Veel Nederlandse ondernemers denken dat ze over voldoende taalkennis beschikken om zaken te doen over de grens, terwijl dat in de praktijk echter vaak tegenvalt. Door een gebrek aan kennis van de taal ontstaan er regelmatig communicatieproblemen: een ondernemer begrijpt niet goed wat de Duitse klant of partner bedoelt of wordt zelf verkeerd begrepen. Hierdoor slinkt de kans op een succesvolle deal. Doorgaans wordt ook gedacht dat vooral de jongere generatie Duitsers prima Engels spreekt. Maar vooral in kleinere bedrijven en op het platteland kan dat vies tegenvallen: daar kom je met Engels niet ver. Met een goede beheersing van het Duits maak je een betere eerste indruk. Juist dat is voor een onbekend buitenlands bedrijf essentieel.
Smalltalk vs. inhoud
Hoe staat het dan eigenlijk met het Duits van Nederlandse ondernemers? De kennis is zeker niet slecht, maar de verschillen zijn groot. Sommige bedrijven maken echt werk van de taalbeheersing van hun medewerkers, omdat ze weten hoe belangrijk dat voor goede communicatie is. Er zijn echter ook veel Nederlandse ondernemers die hun taalbeheersing overschatten. Een gezellig gesprek op de beurs is iets heel anders dan een inhoudelijk gesprek over de technische specificaties van een product of een onderhandeling over de prijs. In zo’n situatie is het enorm belangrijk om nauwkeurig te kunnen formuleren. Je moet tot in de puntjes voorbereid zijn.
Met 1-0 achter
De Duitse grammatica is voor veel Nederlanders een ware nachtmerrie. Al die naamvallen, lastige voorzetsels, Umlaute en vervoegingen van werkwoorden inclusief vele uitzonderingen: gemakkelijk is het zeker niet. Hoe belangrijk is het om alle ins en outs van de Duitse grammatica perfect te beheersen? Dat hangt af van de situatie en het doel. Bij een smalltalkgesprek of een ontmoeting in de marge van een beurs hoeft een perfecte beheersing van de grammatica niet heel belangrijk te zijn. Anders wordt het wanneer PowerPoint-presentaties, brochures of zakelijke e-mails boordevol fouten staan. Zoals kleren de man maken, kan grammaticale correctheid ook de tekst maken. Draai het om: wat vindt een Nederlandse ondernemer ervan wanneer hij een Nederlandse e-mail vol fouten ontvangt? Het aangeboden product kan dan nog zo goed zijn, je staat dan wel met 1-0 achter.
Valse vrienden
Dat het Nederlands en Duits veel op elkaar lijken valt niet te ontkennen. Dat is een groot voordeel: veel woorden zijn (bijna) hetzelfde en dat kan handig zijn. Dat de twee talen zoveel gemeen hebben, kan echter ook nadelig zijn. We hebben het hier over de zogenaamde valse vrienden: woorden die erg op elkaar lijken of zelfs hetzelfde zijn, maar iets heel anders betekenen. Zo betekent ‘ich belle morgen’ in het Duits ‘ik blaf morgen’ en betekent ‘doof’ in het Duits ‘stom’. Een ander probleem is dat Nederlanders veel amicaler zijn dan Duitsers. Ze schakelen vrij snel over naar ‘du’ in combinatie met de voornaam. In Duitsland is dit echter veel minder gebruikelijk: onze oosterburen zijn gereserveerder, minder direct en spreken vaak meer in de beleefdheidsvorm. Dat is voor Nederlanders echt wennen.
Het plaatje moet kloppen
Waar moeten Nederlanders nog meer op letten wanneer ze de Duitse markt willen betreden? We onderstrepen nogmaals dat het van groot belang is om goed voorbereid te zijn. Je product kan nog zo geweldig zijn, maar als de vertaling van je brochure of het Duits van je presentatie aan alle kanten rammelt, maak je geen beste indruk. Nederlandse bedrijven gaan vaak voor de ‘quick win’: even snel naar Duitsland, product laten zien en verkopen maar. Duitsers hechten echter veel waarde aan een betrouwbare partner op de lange termijn. Het plaatje moet kloppen: de presentatie moet er tiptop uitzien en het taalgebruik moet onberispelijk zijn.
Gericht aan de slag
Zijn er nog tips voor Nederlandse ondernemers die Duits leren? Hoe boeken ze het beste resultaat? In een relatief korte training kun je gemakkelijk de belangrijkste punten in bijvoorbeeld woordenschat, zinsconstructies, stijl, grammatica en uitspraak behandelen. Dat levert een aanzienlijke verbetering op in de taalbeheersing, zeker als je kiest voor een training op maat waarmee je gericht met jouw leerdoelen aan de slag gaat. Ook een korte onderdompelingstraining van drie tot vijf dagen is hiervoor heel geschikt.
Anton Stapelkamp, burgemeester van Aalten, heeft ook baat gehad bij een vijfdaagse training bij In'to, zo deelde hij op LinkedIn:
"Ik spreek best aardig Duits maar voor mijn werk als burgemeester van een Achterhoekse grensgemeente vind ik het belangrijk om mijn vaardigheden verder te ontwikkelen. Mijn laatste lessen Duits liggen tenslotte al weer 42 jaar achter mij. Vijf dagen zo’n Intensivprogramm op maat helpt om nog vrijer en gemakkelijk Duits te spreken maar zeker ook om grammatica en uitspraak te verbeteren. Immer Besser is tenslotte mijn motto in deze. Dank aan mijn beide docenten Lieselotte Bürgi en Karin Derksen en de rest van het In'to-team, Deutsch macht jetzt noch meer Spass!"
Veel oefenen
Als cursist krijg je in zo'n intensieve taaltraining in een korte tijd veel feedback en kun je daarna zelfstandig verder werken aan je taalbeheersing. Het is heel belangrijk om er daarna ook echt zelf mee aan de slag te gaan. Je moet het geleerde in de praktijk toepassen. Hoe meer je de taal gebruikt, hoe beter je wordt. Übung macht den Meister, zoals de Duitsers zelf zeggen.