Verslag: Het Oekraïne-referendum | Actualiteitencollege
Het Oekraïne-referendum. Wat staat er op het spel? | Actualiteitencollege met jurist Henri de Waele
Dinsdag 5 april 2016 |Hal Erasmusgebouw, Radboud Universiteit, Nijmegen
Henri de Waele is hoogleraar Internationaal en Europees recht aan de Radboud Universiteit. Filosoof en politicoloog Tim Houwen is gespreksleider.
Feiten
“Het associatieverdrag kun je zien als een verloving – het referendum als de vraag 'geeft u dat uw zegen'? Maar wat zijn de huwelijkse voorwaarden?” Met deze opening brengt Henri de Waele ingewikkelde materie terug tot een behapbare vergelijking. Hij vervolgt met een aantal feiten:
1. Het associatieverdrag met de Oekraïne is niet bijzonder: de EU heeft tientallen vergelijkbare verdragen met landen over de hele wereld, zoals Macedonië, Servië, Albanië, Kazachstan en Azerbeidzjan.
2. Ook de inhoud bevat niet wezenlijk iets nieuws: het grootste gedeelte van het akkoord gaat over handel, o.a. wat betreft goederen (het afschaffen van tarieven en quota) en kapitaalverkeer (investeringen).
3. Bovendien bestaat er al sinds 1998 een bindende samenwerking tussen de EU en de Oekraïne. Het huidige verdrag schaalt de bestaande overeenkomst alleen maar op; bijvoorbeeld op het gebied van het creëren van een brede en intensieve vrijhandelszone en het aanpassen van de Oekraïense standaarden naar Europees niveau.
4. In het verdrag staat geen verwijzing naar toetreding van de Oekraïne tot de EU. Bovendien is toetreding geen gebruikelijke procedure volgend op een associatieverdrag: in zijn totaliteit geldt voor 4/5 van alle overeenkomsten dat zij geen opstap waren tot lidmaatschap.
Vragen
Ook geeft De Waele een antwoord op een aantal prangende vragen uit het referendumdebat:
Wat is eigenlijk het nut van dit referendum? Is het verdrag op 1 januari niet al lang in werking getreden?
Dat heeft te maken met de aard van het verdrag; de afspraken die niet over handel gaan maar over dingen als strafrecht, milieubescherming, dierenwelzijn etc. moeten zowel door de EU als door de afzonderlijke lidstaten worden geratificeerd.
Waarom is Nederland überhaupt aan zet om dit EU verdrag goed- of af te keuren?
Inderdaad, zegt De Waele, het leeuwendeel van de overeenkomst is al van kracht. Dat komt omdat de EU de bevoegdheid heeft om beslissingen te nemen over handel, en dat heeft zij in een eerder stadium al gedaan. Hoewel vaak de suggestie wordt gewekt dat wij het hele verdrag nog kunnen tegenhouden, is dat dus niet het geval. Wel hebben we de mogelijkheid om 'nee' te zeggen tegen samenwerking op het gebied van onder meer dierenwelzijn, culturele samenwerking, politiesamenwerking en fraudebestrijding.
Wat is de impact van het referendum? Wat zijn de gevolgen als de Nederlandse bevolking morgen 'nee' stemt?
Als de Nederlandse stemmers zich morgen uitspreken tegen het associatieverdrag, kan de Nederlandse regering deze uitslag accepteren of naast zich neer leggen. Welk pad zij zal bewandelen is nog niet uitgemaakt, aldus De Waele. Wanneer de regering het 'nee' van de stemmers overneemt, dan blijft Nederland alsnog gebonden aan de afspraken uit het akkoord die over handel gaan. Wat de andere afspraken betreft is het mogelijk om tot een oplossing te komen waarin enkel de overige 27 lidstaten van de EU meedoen aan dit deel van het verdrag en Nederland dus wordt 'uitgegumd'. Concluderend kan dus worden gesteld dat de gevolgen van nee-stemmen beperkt zijn.
Door: Liesbeth Jansen