“Etnisch profileren is kwalijk en niet noodzakelijk”
Etnisch Profileren. Een noodzakelijk kwaad? | Met rechtssocioloog Ashley Terlouw en sociaal- en cultuurpsycholoog Cor van Halen
Donderdag 16 juni 2016 | 12.45 – 13.30 uur | Hal Erasmusgebouw, Radboud Universiteit, Nijmegen
In samenwerking met VOX
Prof. Dr. Ashley Terlouw is hoogleraar rechtssociologie aan de Radboud Universiteit en lid van het bestuur van het Centrum voor Migratierecht (CMR). Ze werkte onder meer bij het stafbureau Vreemdelingenzaken van de rechtbank Den Haag en als hoofd afdeling vluchtelingen bij Amnesty International Nederland.
Dr. Cor van Halen is docent sociale en cultuurpsychologie aan de Radboud Universiteit. Hij houdt zich bezig met gedrag en de bewuste en onbewuste processen die hieraan ten grondslag liggen.
Etnisch profileren is kwalijk en niet noodzakelijk, aldus hoogleraar Ashley Terlouw. Wat is etnisch profileren precies? Om snel te kunnen reageren in verschillende situaties heeft de mens een aangeboren of aangeleerde neiging om te categoriseren. Op basis van stereotype kenmerken van een groep wordt er over een individu geoordeeld. Dit kan leiden tot overhaaste conclusies zoals: ‘Hij heeft een dure auto, is jong en heeft een donkere huidskleur, dus hij zal wel crimineel zijn’. Dit voorbeeld van etnisch profileren kwam enkele weken geleden in het nieuws, toen rapper Typhoon, louter op grond van dit vooroordeel staande werd gehouden door de politie.
Risicoprofielen
De Nederlandse politie werkt met risicoprofielen. Signalementen met bepaalde uiterlijke kenmerken doen een belletje rinkelen: hier zal wel iets aan de hand zijn. Op basis van deze profielen wordt er pragmatisch gehandeld. De politie kan niet overal achteraan, dus het is handig de wereld in te delen in hokjes, waarin mensen thuishoren of juist niet. Op deze manier probeert de politie criminaliteit te voorkomen. Etnisch profileren is hierbij volgens velen onvermijdelijk. Is misdaadpreventie zonder enige vorm van profilering wel mogelijk?
Rechtssocioloog Ashley Terlouw stelt dat etnisch profileren fout is en strafbaar, want het is een vorm van discriminatie en racisme. De veelgeplaatste opmerking ‘doen we het niet allemaal?’ is volgens haar geen geldige reden om het te accepteren. Het is vaak erg ingrijpend om onterecht verdacht te worden. Als de politie het doet is het bovendien nog een graadje erger. De staat heeft immers een monopolie op geweld. Juist omdat de overheid in bepaalde gevallen geweld mag gebruiken, moet zij zich aan de regels houden en het goede voorbeeld geven.
Statistiek
Ook de tegenwerping ‘de statistiek laat zien dat het werkt’ gaat volgens Terlouw niet op. Criminaliteitsstatistieken zijn een zogenaamde self-fulfilling prophecy: als je vooral getinte jongens controleert, ga je ook vooral criminelen uit deze groep vinden. De witte oudere dame wordt niet gecontroleerd en komt dus ook niet in de statistieken terecht. Een prachtig voorbeeld van een cirkelredenering. Je kunt mensen behoorlijk voor de gek houden met statistische modellen, laat Terlouw zien. Bovendien blijkt uit onderzoek dat criminaliteit heel sterk samenhangt met achtergrond, opvoeding en sociale status; en dus niet met etniciteit.
Is onderscheid maken altijd verboden? Ashley Terlouw maakt een verschil tussen direct en indirect onderscheid. Als je een baan wilt als leraar Nederlands, dan moet je de Nederlandse taal uitstekend beheersen. In dit voorbeeld kan het onderscheid tussen Nederlanders en niet-Nederlanders objectief gerechtvaardigd worden. Het dient een indirect doel: kinderen goed Nederlands leren. Bij etnisch profileren wordt er echter een direct onderscheid gemaakt, en dat is altijd verboden. Het is niet legitiem, effectief en proportioneel. En: er zijn alternatieven.
Oplossingen
Hoe kan etnisch profileren worden aangepakt? Volgens Terlouw met behulp van drie dingen. Ten eerste moet er bewustwording komen door middel van voorlichting en onderwijs. Er moeten excuses gemaakt worden in een geval van etnisch profileren en het beleid van de politie moet gewijzigd worden. Misschien moet de politie een formulier invullen bij elke aanhouding, zoals in het Verenigd Koninkrijk gebeurt. Terlouw plaatst hierbij wel de kanttekening dat deze zogenaamde ‘stopformulieren’ ook het hokjesdenken en de bureaucratie in de hand kunnen werken. Ten tweede is grote voorzichtigheid geboden bij het gebruik van databases en registratie. Ook hier krijg je te maken met self-fulfilling prophecies. Als mensen onterecht in bepaalde systemen terecht komen, kan dit grote gevolgen voor hen hebben. Ten slotte moeten we streven naar minder segregatie en meer diversiteit. Het motto van de Radboud Universiteit is ‘change perspective’. Ashley Terlouw roept het publiek op dit ook waar te gaan maken: probeer je eigen hokjesgeest open te stellen en sta open voor contact met migranten in Nederland.
Cultuurpsycholoog Cor van Halen legt uit dat het hokjesdenken en profileren ingebakken zit in onze menselijke natuur. Het heeft ook wel degelijk nut heeft. De werkelijkheid is te complex voor mensen om alles rustig en onbevooroordeeld te overzien. Soms moeten we snel beslissingen maken. We schatten bij een persoon altijd automatisch en onbewust in of diegene te vertrouwen is. Dit doen we op basis van het uiterlijk en de uitstraling van dit individiu. Dit kan heel handig zijn om gevaar te ontwijken. Ashley Terlouw merkt op dat we ook kunnen proberen om deze eerste indruk te falsificeren. Als je probeert je eigen ideeën onderuit te halen, levert dit vaak een genuanceerder beeld van de werkelijkheid op.
Door: Marijn Rutten