Alles heeft een ziel: het animisme in Oost en West
De ziel in Oost en West | Lezingen door filosofen Hein van Dongen, Laurens Landeweerd en Angela Roothaan | Ma 8 januari 2018 | 20.00 - 22.00 uur | LUX | i.s.m. Filosofie Oost West
"Interessant thema en heeft zeker mijn blik op de wereld verbreed!" (uit een deelnemersevaluatie)
Weinig mensen geloven in de onsterfelijkheid van de menselijke ziel. En nog minder mensen beschouwen de rest van de wereld als bezield. Maar dat betekent niet dat de ziel verdwenen is wanneer we het bijvoorbeeld hebben over vrijheid of verantwoordelijkheid. We kennen een soort bezieling toe aan deze begrippen. Hoe zit met het bestaan van die ziel? Is het mogelijk dat zij toch bestaat? En waarom kiezen we er eigenlijk niet voor om de hele werkelijkheid op te vatten als bezield? Filosofen Laurens Landeweerd, Angela Roothaan en Hein van Dongen gaven hun visie op de ziel in Oost en West. Het programma was uitverkocht en het publiek was geanimeerd. Na afloop werd samen met het publiek de discussie aangegaan onder leiding van filosofe en programmamaker Lisa Doeland.
De wereld in beweging
Het idee dat objecten een ziel zouden hebben, is voor ons vaak onbegrijpelijk: een ding is nu eenmaal een ding. Volgens Laurens Landeweerd speelt hier echter meer: “De moeilijkheid om een animistische wereld voor te stellen, heeft veel te maken met de mechanische manier waarop we naar de wereld kijken. We zien de wereld als een verzameling van dingen en analyseren alles afzonderlijk, in plaats van het universum te zien als een dynamisch proces. Om de positie van het animisme te begrijpen, zullen we het juist deze blik moeten toepassen.” Vanaf de 17de eeuw zijn we de wereld steeds meer vanuit het substantiedenken gaan bekijken. We beschouwen ieder object als individueel en delen op die manier het universum in als een klokwerk waarin alles op zijn plaats valt en verbonden is door oorzaak-gevolg relaties. Het is dan ook dit substantiedenken dat de wetenschap hanteert. Hiertegenover staat het procesdenken, dat de werkelijkheid beschouwt als het geheel van individuele processen. In plaats van de wereld te zien als iets statisch, wordt zij gezien als een dynamisch proces dat evolueert door de tijd.
Een dynamische blik
Wanneer we vanuit dit procesdenken naar de wereld om ons heen kijken, wordt het animisme een stuk begrijpelijker. Een voorbeeld hiervan is de ervaring van astronauten wanneer zij voor het eerst de aarde vanuit de ruimte zien: “Voor astronauten is deze ervaring erg impactvol en mystiek. Het perspectief vanuit de ruimte zorgt ervoor dat zij de aarde zien als een levend wezen en systeem, in plaats van alle individuele processen die we in het dagelijks leven waarnemen”, stelt Landeweerd. Een ander voorbeeld waarbij het procesdenken ons goed van pas kan komen is techno-evolutie: de maakbaarheid van evolutionaire processen. Wanneer we discussiëren over of een bepaald systeem wel of niet levend is (bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie), kan het goed helpen om niet alleen te kijken naar alle losse processen, maar ons ook te richten op de dynamiek van het systeem. Het toekennen van een ziel aan dergelijke machines zou vanuit deze visie goed binnen het animisme passen.
Bezieling en verantwoordelijkheid
Volgens Angela Roothaan heeft het animisme niet alleen te maken met de kennis van het bestaan van een zekere ziel, maar draait het om de begrippen vrijheid en verantwoordelijkheid. “De standaardbenadering tegen een concept als de ziel of de geest is ontologisch. Toch is dit misschien niet zo belangrijk: dat het op wetenschappelijke wijze niet mogelijk is het bestaan hiervan aan te tonen is inmiddels duidelijk. Een vraag die we wel zouden moeten stellen is: wat kan het bestaan van de ziel of geest betekenen voor onze vrijheid en verantwoordelijkheid?”, stelt Roothaan. Volgens de Zweedse denker Swedenborg onttrekt de wereld van de ziel zich aan de causale wereld waarin we leven. Het bestaan van een andere wereld bewijzen is onmogelijk, omdat onze zintuigen dit niet toelaten. Toch gebruiken we het idee van een ziel of geest wel wanneer we het hebben over moraliteit of gerechtigheid. Roothaan: “Weliswaar is het bestaan hiervan niet empirisch aan te tonen, maar het is wel een begrip dat ons te pas komt wanneer we het hebben over verantwoordelijkheid. Het geloof in een ziel of geest is daarmee meer dan een ontologische kwestie: het is een vraag naar je eigen vrijheid en verantwoordelijkheid.”
Animisme en communicatie
Ook volgens Hein van Dongen is causaliteit een moeilijk begrip om te hanteren wanneer we spreken over het animisme. “Wanneer we ervan uitgaan dat alles is bezield, moeten we ons niet richten op de causale relatie tussen geesten. Het belangrijkste is namelijk de communicatie tussen de verschillende geesten.” We zijn geneigd om communicatie op te vatten als taal, het communiceren in verzamelingen van tekens die we kunnen communiceren. Levende communicatie werkt echter anders: woorden zijn in feite ook dingen en hebben daarmee ook een ‘spirit’. Ieder verhaal is als het ware bezield en heeft een eigen karakter. “We zouden anders naar communicatie moeten kijken”, aldus van Dongen. “In plaats van communicatie te zien als een abstracte uitwisseling, moeten we het zien als de uitreiking van de ene ‘spirit’ naar de ander. Op deze manier krijgt het animisme haar eigen logica.” Door ons niet op één visie te focussen maar pluralistisch te denken, kan het animisme een verrijkend perspectief zijn.
Door: David Leeftink
Podcast:
Wil je op de hoogte blijven van onze activiteiten? Schrijf je dan in voor de tweewekelijkse nieuwsbrief.