#MeToo op de campus?
#MeToo op de campus? | Academic Affairs met Inge Bleijenbergh en Marijke Naezer | Dinsdag 20 maart 2018 | 12.45 – 13.30 uur | Hal Erasmusgebouw, Radboud Universiteit
Onder de hashtag #MeToo is er het afgelopen half jaar flink wat teweeggebracht. Naar aanleiding van schandalen uit Hollywood werd seksueel misbruik wereldwijd bespreekbaar gemaakt en is de #MeToo-beweging overal voelbaar en hoorbaar geworden. Welke rol spelen machtsmisbruik en seksuele intimidatie in de academische wereld? En hoe staat het ervoor op de Radboud Universiteit? Universitair hoofdocent Methoden Inge Bleijenbergh en promovendus Gender & Diversity Marijke Naezer van de Radboud Universiteit kwamen samen om de stand van zaken op de campus te bespreken. Het gesprek stond onder leiding van filosoof Cees Leijenhorst.
Intimidatie op de campus
Intimidatie is ongewenst gedrag waarbij de waardigheid van een persoon wordt aangetast. Dit kan fysiek zijn, maar ook psychisch of seksueel. Op de Radboud Universiteit is er onderzoek gedaan naar intimidatie op de faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica. Bleijenbergh vertelt: “Uit ons onderzoek blijkt dat 7% van alle medewerkers en studenten de afgelopen twee jaar ervaring heeft gehad met vormen van intimidatie. Dit komt niet overeen met het aantal meldingen hiervan: slechts in één op de elf gevallen wordt deze intimidatie ook daadwerkelijk gerapporteerd.” Alhoewel veel mensen intimidatie ervaren, is er maar een kleine groep die hier naar handelt. Hoe kan het dat deze stap zo groot blijkt te zijn?
Institutionele hulpmiddelen
Er zijn verschillende regelingen op de universiteit om ongewenst gedrag te melden. Zo is er een vertrouwenspersoon en een klachtencommissie. Alhoewel het beleid in orde lijkt te zijn, valt de bekendheid van deze regelingen tegen: “74% van de medewerkers weet niet van het bestaan van de klachtencommissie en ook de vertrouwenspersoon is voor veel mensen onbekend. Er zijn dus behoorlijke verbeteringspunten omtrent de bekendheid van de regelingen”, stelt Bleijenbergh. Andere redenen waarom intimidatie vaak niet wordt gemeld is dat men het teveel gedoe vindt of gelooft dat het geen verschil zou maken.
Onderschatting van het probleem
Een probleem met het onderzoeken van intimidatie is dat mensen vaak bagatelliseren wat ze meemaken, stelt Naezer: “Mensen hebben de neiging om eigen ervaringen te onderschatten. Veel grensoverschrijdend gedrag wordt niet als zodanig gezien en de kans is groot dat er in werkelijkheid meer intimidatie plaats vindt.” Ook de maatschappelijke neiging om de schuld bij het slachtoffer neer te leggen maakt seksuele intimidatie een moeilijk onderwerp: “Vaak wordt er om seksuele intimidatie heen gepraat door naar het slachtoffer te wijzen. In plaats van zich op de dader te richten, zal het slachtoffer wel een fout hebben gemaakt. Men doet alsof de wereld een goede en rechtvaardige plek is, waardoor de oorzaken niet worden aangepakt!”
Wat kun je zelf doen?
Een belangrijke stap om ongewenst gedrag tegen te gaan is accepteren dat het ook hier voorkomt, stelt Bleijenbergh: “Seksuele intimidatie komt ook op deze universiteit voor en zonder dit te erkennen worden de problemen niet op de juiste manier behandeld.” De beste manier om dit te voorkomen is om zelf geen dader te zijn. Door persoonlijke ruimte te respecteren en bewust te zijn van de grappen die we maken, wordt al veel voorkomen. Maar wat moet je doen als je intimidatie meemaakt? “Het benoemen van de situatie is in veel gevallen al erg effectief. Het beschrijven van ervaringen kan namelijk bepaalde gedragspatronen verbreken. Daarnaast is het belangrijk om goede ondersteuning te zoeken en erover te praten. Maak dus vooral gebruik van de institutionele ondersteuning!” Om de problemen omtrent seksuele intimidatie op te lossen, is het belangrijk om ook met de daders in gesprek te gaan. Het tegengaan van ongewenst gedrag is niet een taak voor de slachtoffers, maar juist iets dat we samen moeten doen!
Door: David Leeftink
Podcast:
Wil je op de hoogte blijven van onze activiteiten? Schrijf je dan in voor de tweewekelijkse nieuwsbrief.