Hoe we op een rechtvaardige manier kunnen samenleven met katten
Door Rutger Lazou
[De Gelderlander, 3 april 2021]
De kat is een enorm populair huisdier. Ze heeft grote delen van onze woonkamers, het internet en onze harten veroverd. Maar onze viervoetige vriend stelt ons ook voor vraagstukken. Met de kat nemen we immers een halfgedomesticeerd, jagend, carnivoor dier in huis dat zich ook nog eens aan hoog tempo voortplant. Hoe kunnen we de toekomst van de kat rechtvaardigen zonder de belangen van mensen, katten en andere dieren te negeren?
Een van de hardnekkigste problemen waar de kat ons voor plaatst, is haar voortplanting. Een kattin kan elk jaar een à drie nestjes van een tot zes kittens krijgen. Dat leidt tot volle asielen, hongerige zwerfkatten en vooral veel dierenleed. De enige diervriendelijke oplossing is daarom sterilisatie. Om de geboorte van vele katten zonder toekomst te vermijden, is het gerechtvaardigd om limieten te stellen aan de mogelijkheden van katten om zich voort te planten. Zolang katten in asielen wachten op een nieuwe thuis, is het onze plicht onze katten te steriliseren. Pas zodra de situatie in asielen onder controle is, is het gerechtvaardigd om een kat nieuw leven voort te laten brengen.
Naast katten zijn er nog andere betrokken partijen in dit verhaal. Als we consequent willen zijn en geen dieren ten onrechte willen uitsluiten, moeten we ook met hun belangen rekening houden. Het controversieelste vraagstuk die de kat ons voorschotelt, is ongetwijfeld haar jaaggedrag. Katten vangen gemiddeld 13,4 prooien per jaar. Wereldwijd levert dat miljarden vangsten op. Natuurbeschermers vrezen daarom voor een gigantische ecologische kater waarbij de ene na de andere vogelsoort zal verdwijnen. Die angst is ongegrond: de kat is een luie jager die vooral vangt wat zich aandient. Zeldzame prooien staan zelden op het menu. Toch moeten we haar jaaggedrag ernstig nemen, in het belang van de individuele prooien. Vanuit dierenrechtenperspectief is het immers onvoldoende om er louter voor te zorgen dat een soort niet uitsterft. Als we de morele lat iets hoger leggen, dan gaan we op zoek naar manieren om het jaaggedrag van de kat in te perken. Dat kan nu al, bijvoorbeeld door katten alleen overdag buiten te laten of te zorgen voor een omheinde tuin.
Wie zelf een kat heeft, weet dat ze haar prooien zelden opeet. Haar instinct zet ze aan tot jagen, maar al snel realiseert ze, kieskeurig zoals ze is, dat de kattenbrokjes toch een stuk beter smaken. Daarmee openen we een nieuwe doos – of liever, een kattenblik – van Pandora: de impact van de petfood- of dierenvoederindustrie. De kattenvoerindustrie vertegenwoordigt twintig procent van de totale vleesconsumptie. De kat heeft daardoor een vrij grote ecologische pootafdruk. Door haar voeding zorgt een gemiddelde kat voor ongeveer evenveel CO2-uitstoot als een gemiddelde auto, wat bijdraagt tot de klimaatopwarming. Ook de dieren waarvan dit vlees gemaakt wordt ervaren intens leed. Door onze kat af en toe plantaardig te voeden of door als maatschappij over te schakelen naar kweekvlees, gemaakt in laboratoria uit stamcellen van dieren, kunnen we ook hier streven naar een meer morele kat.
Het is belangrijk om deze vraagstukken niet zomaar naast ons neer te leggen, maar om ze aan te pakken. Hoewel de domesticatie van de kat niet eenzijdig door de mens werd opgelegd, maar zich spontaan voltrok, is het vandaag wel onze bewuste keuze om katten als huisdier te houden en die domesticatie verder te zetten. Dat maakt ons verantwoord voor de vele betrokken partijen in dit verhaal, die bovendien allen voelende wezens zijn, vatbaar voor plezier, genot, pijn en leed. Door op deze vraagstukken een antwoord te bieden, verzekeren en rechtvaardigen we ons niet alleen van een prachtige toekomst met onze eigenzinnige viervoeter, maar kan onze relatie met de kat ook een voorbeeld zijn voor hoe we op een rechtvaardige manier kunnen samenleven met dieren.
Rutger Lazou is moraalfilosoof en promoveert aan de Universiteit van Graz. In zijn boek ‘De toekomst van de kat’ bespreekt hij de verschillende vraagstukken waar katten ons voor plaatsen. Op dit moment doet hij onderzoek naar hoe de transitie naar een klimaatvriendelijke wereld op een ethische manier gerealiseerd kan worden. Hij spreekt over de toekomst van de kat tijdens een online lezing van Radboud Reflects op donderdag 8 april 2021. Kijk voor meer informatie op www.ru.nl/radboudreflects.