Zoek in de site...

De rechtenfaculteit in de media, week 46

Datum bericht: 21 november 2022

In deze rubriek vind je een overzicht van medewerkers van de Nijmeegse rechtenfaculteit die de afgelopen week in de media verschenen. Deze week vind je hier artikelen van en over Henny Sackers, Carolus Grütters, Paul Bovend’Eert en Hansko Broeksteeg.

Henny Sackers (hoogleraar Strafrecht) vertelde in NRC waarom hij denkt dat Gideon Van Meijeren net binnen de grenzen van de wet blijft. Guido van Meijeren deed een vergaande uitspraak over “een revolutionaire beweging” die zou moeten optrekken naar het parlement. Justitie kondigde maandag aan te gaan onderzoeken of de uitspraken van Van Meijeren strafbaar zijn. Sackers denkt van niet: “Hij ‘hoopt’ dat er dingen kunnen gebeuren, maar zet niet direct aan tot geweld. Dat is wel het kernelement voor opruiing.”

Carolus Grütters (onderzoeker Rechtssociologie en Migratierecht) gaf in Dagblad van het Noorden aan sceptisch te kijken naar de uitspraken van Rutte, die beloofde dat de instroom van asielzoekers substantieel zou worden beperkt. Grütters stelt dat Nederland door verdragen verplicht is tot opvang van mensen die hier bescherming zoeken voor oorlog en geweld. Een beter idee voor Rutte is volgens hem om “zich in te spannen om de oorlogen te beëindigen want die veroorzaken de komst van vluchtelingen.”

Paul Bovend’Eert (hoogleraar Staatsrecht) schreef in De Gelderlander waarom hij vindt dat de burgemeester van Berg en Dal zich niet moet bemoeien met de integriteitskwestie die de gemeente Berg en Dal in haar greep houdt. De Gelderlander bracht een maand geleden naar buiten dat er in Berg en Dal in het geheim al maanden werd gesproken over enkele integriteitskwesties. “Maar de burgemeester zou zich afzijdig moeten houden” stelt Bovend’Eert. “Want dit roept de schijn van partijdigheid op.”

Hansko Broeksteeg (hoogleraar Staatsrecht) besprak bij BNR de mogelijkheden om politieke partijen te verbieden. Jan Paternotte (D66-Kamerlid) deed een oproep om een partij te verbieden. Dit kan volgens Broeksteeg “vrij makkelijk”. Broeksteeg vertelt dat dit één keer eerder is voorgekomen sinds de Tweede Wereldoorlog, dit was in 1998 bij de partij CP86, die zich schuldig maakte aan racistische en discriminerende uitingen. Dit verbieden kan volgens Broeksteeg alleen “als er sprake is van activiteiten die in strijd zijn met de openbare orde, zoals ontwrichting van de democratische rechtstaat.”