Handreiking wetenschappelijke integriteit 2023 (samenvatting)

Aanleiding

In 2019 heeft de heer Becker in opdracht van het OO&R een rapport opgesteld met daarin een inventarisatie van de kwetsbaarheden binnen het OO&R op het vlak van wetenschappelijke integriteit. In dit rapport heeft Becker verschillende aandachtsgebieden voor het OO&R opgesomd en verschillende aanbevelingen gedaan. Het betrof de gang van zaken rondom promoties, transparantie over financiers van een onderzoek in een proefschrift, de cultuur van een organisatie en de website van het OO&R. Per aandachtsgebied heeft Becker aanbevelingen gedaan. Met de “Handreiking wetenschappelijke integriteit” geeft het OO&R uitvoering aan een aantal van deze aanbevelingen. Met de handreiking beoogt het OO&R bovendien invulling te geven aan de zorgplichten die gelden voor instellingen op grond van Gedragscode 2018 onder de punten 4.2 tot 4.6.

Doel

Het doel van de handreiking is het bestendigen en bevorderen van de wetenschappelijke integriteit binnen het OO&R. Hiertoe biedt de handreiking een leidraad voor begeleiders en onderzoekers om hun handelen op af te stemmen. De handreiking bevat bovendien voor een aantal concrete casus de door het OO&R geadviseerde handelwijze van de betrokkenen. Schending van de in de handreiking besproken principes, normen en richtlijnen of schending van de door het OO&R aanbevolen handelwijze leidt niet noodzakelijkerwijs tot een schending van wetenschappelijke integriteit. Handelt een onderzoeker in overeenstemming met de richtlijnen van de handreiking van het OO&R, dan is deze onderzoeker ervan verzekerd dat het OO&R de onderzoeker steunt wanneer de wetenschappelijke integriteit van de onderzoeker in twijfel wordt getrokken.

Gezamenlijke verantwoordelijkheid

Wetenschappelijke integriteit is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van individuele onderzoekers enerzijds en de Radboud Universiteit, faculteit en het OO&R anderzijds. Van onderzoekers mag worden verwacht dat zij wetenschappelijk integer handelen. Van het OO&R mag worden verwacht dat het zijn onderzoekers bijstaat bij dergelijk handelen. De handreiking wetenschappelijke integriteit poogt dit te doen en dient als leidraad wat betreft wetenschappelijke integriteit.

Indeling

De “Handreiking wetenschappelijke integriteit” is ingedeeld in vijf thema’s:

(1) samenstelling van het begeleidingsteam;

(2) samenstelling manuscriptcommissie, promotiecommissie en oppositie en de coördinatie van vragen tussen opponenten

(3) nevenwerkzaamheden en andere semiwetenschappelijke activiteiten;

(4) financiering door derden;

(5) auteurschap en gebruik van ideeën;

Per thema is eerst het algemene beoordelingskader geschetst aan de hand van relevante principes, normen, richtlijnen en aanbevelingen ontleend aan de instrumenten genoemd in de leeswijzer. Soms bestaan aanvullende principes, normen, richtlijnen en aanbevelingen als het gaat om zogenoemd “opdrachtonderzoek”. In die gevallen wordt de aanvullende benadering zo veel mogelijk vermeld in het algemene kader.

Voorbeeldcasus

Per thema komen verschillende voorbeeldcasus aan de orde in de handreiking waarbij het OO&R een leidraad voor het handelen van de betrokkenen geeft. Bij het bepalen van de leidraad van het OO&R is zo veel mogelijk aansluiting gezocht bij het bestaande kader van principes, normen en richtlijnen inzake wetenschappelijke integriteit. De leidraad bestaat telkens uit een van de volgende vier varianten:

  • Toegestaan.
  • Toegestaan, mits aan een aantal voorwaarden is voldaan.
  • Niet toegestaan, tenzij aan een aantal voorwaarden is voldaan.
  • Niet toegestaan.

Enkele voorbeeldcasus stellen als voorwaarde dat de onderzoeker het advies van de hoogleraar-directeur vraagt. Deze voorwaarde is een concrete uitwerking van de meer algemene adviesvraagplicht die geldt indien een onderzoeker twijfel heeft over wat de wetenschappelijke integriteitsnormen in een concreet geval van hem verlangen (zie hierna).

Het advies van de hoogleraar-directeur betreft een inhoudelijke beoordeling vanwege het OO&R om te waarborgen dat de toepasselijke regelgeving binnen het OO&R wordt nageleefd. Door conform het advies van de hoogleraar-directeur te handelen, handelt de onderzoeker conform de benadering van het OO&R bij die casuspositie.

Adviesvraagverplichting

In het algemeen geldt dat wanneer een onderzoeker van het OO&R te maken krijgt met een casus waarin wetenschappelijke integriteit een rol speelt en hij twijfelt over zijn handelwijze, de onderzoeker geacht wordt de hoogleraar-directeur om advies te vragen. De onderzoeker kan zijn handelen hierop afstemmen en kan in dat geval rekenen op ‘rugdekking’ van het OO&R, indien naderhand vragen rijzen omtrent de wetenschappelijke integriteit van de desbetreffende onderzoeker.

Bovendien raakt het OO&R door de ingewonnen adviezen bekend met meer casus waarin wetenschappelijke integriteit een rol speelt en kunnen deze nieuwe voorbeeldcasus aan de handreiking worden toegevoegd. Hierdoor ontstaat een steeds groter apparaat aan voorbeeldcasus waar onderzoekers acht op kunnen slaan bij hun streven naar wetenschappelijk integer handelen.

Hoogleraar-directeur deelt in bepaalde gevallen de verkregen informatie met de decaan

In aantal voorbeeldcasus binnen thema 2 (met betrekking tot de samenstelling van de manuscript- of promotiecommissie) is een advies noodzakelijk van de hoogleraar-directeur zoals hiervoor omschreven. De hoogleraar-directeur deelt in deze gevallen de relevante beschikbare informatie waarop zijn advies met betrekking tot de geschiktheid van de commissieleden is gebaseerd met de decaan (voor de manuscriptcommissie, zie art. 3.14 lid 1 Promotiereglement) of voorzitter van het college voor promoties (voor de promotiecommissie, zie art. 3.15 lid 1 Promotiereglement). De decaan kan die informatie vervolgens meenemen bij een mogelijke benoeming van de commissieleden.

Vragen, opmerkingen of suggesties over bestaande casus, nieuw op te nemen casus of de handreiking daarbij kunnen worden doorgegeven aan hoogleraar-directeur Ben Schuijling per mail: ben.schuijling@ru.nl.

© Onderzoekcentrum Onderneming & Recht. Alle rechten in deze uitgave zijn voorbehouden aan het OO&R. Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande toestemming van het OO&R worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier. Voor toestemming kunt u contact opnemen met Ben Schuijling per mail: ben.schuijling@ru.nl.