vastgesteld door het college van bestuur d.d. januari 2004 laatstelijk gewijzigd januari 2014
Gelet op artikel 3.16 van de CAO Nederlandse Universiteiten stelt de werkgever de navolgende regeling vast.
Artikel 1 Definities
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. BHV: bedrijfshulpverleningsorganisatie van de Radboud Universiteit Nijmegen;
b. BHV-er: werknemer,die is aangewezen als bedrijfshulpverlener als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 en in het bezit is van een geldig certificaat van de opleiding BHV of een brandwachtopleiding of is aangewezen als portofonist (verbindingsverkeer);
c. EHBO-er: BHV-er, die in het bezit is van een volwaardig EHBO-diploma met de aantekening reanimatie (of gelijkwaardig);
d. Persluchtmaskerdrager: BHV-er, die in het bezit van een geldig diploma Persluchtmaskerdrager.
e. Bevelvoerder: de functionaris die tijdens een operationele inzet in ploegverband leiding geeft aan een groep BHV-ers;
f. Commandant of Coördinator BHV: de functionaris die de organisatorische werkzaamheden uitvoert en het bevel heeft over alle BHV-groepen;
g. Hoofd BHV: de functionaris die door of namens het college van bestuur is aangewezen als eindverantwoordelijke voor de opzet en instandhouding van een adequate BHV-organisatie;
h. Snel interventieteam: klein team van specialistische BHV-deskundigen dat in alle gevallen van calamiteiten binnen enkele minuten op locatie aanwezig is en doelmatige maatregelen treft.
i. PAM-er: werknemer, die is aangewezen als Arbo- en milieu contactpersoon: ondersteunt de leidinggevende bij zijn verantwoordelijkheid voor goede en veilige arbeidsomstandigheden.
Artikel 2 Vergoedingen
Indien en voorzover de betreffende taak geen onderdeel is van zijn reguliere functie, ontvangt
a. de BHV-er een basistoelage van € 288,- bruto per jaar;
b. de EHBO-er naast de basistoelage een extra vergoeding van € 108,- bruto per jaar;
c. de Persluchtmaskerdrager naast de basistoelage een extra vergoeding van € 108,- bruto per jaar;
d. de BHV-er, die lid is van een snel interventieteam, ontvangt naast de basisvergoeding een extra vergoeding van € 108,- bruto per jaar;
e. de Bevelvoerder naast de basistoelage een extra vergoeding van € 214,- bruto per jaar;
f. de Commandant/Coördinator naast de basistoelage een extra vergoeding van € 321,- bruto per jaar;
g. het Hoofd BHV naast de basistoelage een extra vergoeding van € 431,- bruto per jaar;
h. de PAM-er een basistoelage van € 288,- bruto per jaar;
Artikel 3 Overwerkvergoeding BHV
De BHV-er die buiten de voor hem vastgestelde arbeidstijd BHV-activiteiten verricht, ontvangt een uurvergoeding, afgeleid van het maximum van salarisschaal 7 CAO Nederlandse Universiteiten.
Artikel 4 Overgangsbepaling EHBO-toelage, niet zijnde BHV
Actieve EHBO-ers die vóór 1 januari 2004 zijn aangewezen en geen lid zijn van de BHV ontvangen een maandelijkse toelage van € 13,07 per maand, indien en voor zover deze taak geen onderdeel is van zijn reguliere functie.
Artikel 5 Uitbetaling
De in artikel 2 en 4 genoemde vergoedingen worden jaarlijks in de maand december betaalbaar gesteld en éénmaal per drie jaar aangepast aan de algemene salarisherzieningen zoals bedoeld in de CAO Nederlandse Universiteiten en afgerond op hele euro’s.
Artikel 6 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2004.
TOELICHTING:
BHV:
- kwalitatieve verschillen tussen BHV-ers komen vooral tot uitdrukking in het opleidingsniveau en de intensiteit daarvan. Door de hoogte van de gratificatie deels te koppelen aan de gevolgde opleidingen, kunnen kwalitatieve verschillen tussen BHV-ers op individueel niveau worden gehonoreerd. Een BHV-er moet in het bezit zijn een geldig certificaat van de opleiding BHV en/of een brandwachtopleiding. Afhankelijk van het risicoprofiel van een gebouw bepaalt het Hoofd BHV hoeveel en welke leden van de BHV-organisatie in het bezit moeten zijn van het diploma persluchtmaskerdrager en/of EHBO (of gelijkwaardig). BHV-ers met een organieke brandwachtopleiding worden automatisch aangemerkt als persluchtmaskerdrager.
PAM:
- Weliswaar kan er qua niveau onderscheid worden gemaakt tussen BHV-taken en PAM-taken, maar wordt het niet wenselijk geacht alsnog onderscheid tussen het niveau van de vergoeding BHV en die van de PAM aan te brengen. Dit temeer nu immer is gesteld dat de organisatie en de vergoedingsregeling voor BHV en PAM op elkaar aansluiten, omdat de werknemer deze taken in het algemeen naast zijn primaire taken verricht.
BHV en PAM
- de jubileumgratificatie is afgeschaft onder gelijktijdige aanpassing van de jaarlijkse gratificatie; de jubileumgratificatie wordt geacht te zijn verdisconteerd in de jaarlijkse gratificatie;
- de specifieke overwerkvergoeding voor het verrichten van BHV-activiteiten buiten normale werkuren is gehandhaafd: BHV-ers zijn verplicht deel te nemen aan herhalingscursussen, ook buiten de reguliere arbeidstijden en moeten o.a. aanwezig zijn bij grote evenementen.
- de vergoeding voor het deelnemen aan wedstrijden, georganiseerd door de Nederlandse Vereniging voor Bedrijfshulpverlening (NVB) is afgeschaft: BHV-ers bij de Radboud Universiteit hebben hieraan nimmer deelgenomen. Los daarvan wordt het deelnemen aan wedstrijden beschouwd als het deelnemen aan herhalingscursussen, oefeningen en andere activiteiten zodat de kennis en vaardigheden op het vereiste niveau gehandhaafd blijven;
- de uurvergoeding voor de instructeur is afgeschaft. Instructie wordt verzorgd door de AMD of een ingehuurde (externe) organisatie.
- indien een werknemer in het kader van de BHV en/of PAM belangrijke inspanningen respectievelijk uitstekende prestaties verricht, waardoor schade voor de Radboud Universiteit wordt beperkt c.q. voorkomen, kan dit voor de werkgever aanleiding zijn om de betreffende werknemer op grond van artikel 3.20 van de CAO een gratificatie toe te kennen.
EHBO:
- Sedert de invoering van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 behoort het verlenen van EHBO tot de taken van BHV-teams. Het is echter redelijk om werknemers die in het verleden zijn aangewezen als gediplomeerd EHBO-er en die niet tot een BHV-team zijn toegetreden, een vergoeding te verlenen zolang zij zich als actieve EHBO-er beschikbaar blijven stellen. Omdat er geen nieuwe EHBO-ers meer buiten de BHV-organisatie worden aangewezen, neemt het aantal werknemers dat recht heeft op een dergelijke vergoeding de komende jaren af. Met ingang van 1 januari 2004 geldt de vergoeding niet (meer) voor werknemers, waarvoor het EHBO-diploma als eis voor de reguliere functie is bepaald.
Aanpassing Vergoedingen:
- De in artikel 2 en 4 genoemde vergoedingen worden éénmaal per drie jaar aangepast aan de algemene salarisherzieningen zoals bedoeld in de CAO Nederlandse Universiteiten en afgerond op hele euro's. Omdat de vergoedingen laatstelijk per 1 januari 2023 zijn gewijzigd zal de eerstvolgende aanpassing per 1 januari 2026 plaatsvinden