Zaaknummer CBE 21.084

Zaaknummer: CBE 21.084
Verweerster: de commissie bijzondere toelatingen tandheelkunde
Onderwerp: Toelating master
Uitspraak: gegrond

Het College constateert dat in de OER is bepaald dat de decaan jaarlijks vaststelt hoeveel kandidaten als zogenaamde zij-instromers kunnen worden toegelaten. Als toelatingseis voor zij-instromers geldt het in bezit zijn van een bachelordiploma Tandheelkunde behaald aan een andere universiteit binnen de EU. Op de website is in het document ‘Toelating master tandheelkunde Radboud Universiteit studiejaar 2021-2022 aangegeven dat er jaarlijks vijf plaatsen beschikbaar zijn voor zij-instromers. Ter zitting is dit door verweerster bevestigd. Verweerster heeft geen besluit van de decaan overgelegd waaruit blijkt dat dit voor het studiejaar 2021-2022 niet het geval zou zijn.

Het College begrijpt dat de maatregelen omtrent het COVID-virus, veel organisatorische problemen en hoge druk op de onderwijscapaciteit van de opleidingen Tandheelkunde hebben veroorzaakt. Toelating van kandidaten tot de zij-instroom van de masteropleiding, zou de organisatorische problemen en onderwijsdruk verhogen. Het is voor een aspirant-student echter van belang dat informatie omtrent toelating tijdig bekend wordt gemaakt. Appellant heeft zijn bachelor studie aangepast op basis van de beschikbaar gestelde informatie. De organisatorische problemen van de opleiding, die voor het collegejaar 2020-2021 ook al speelden en aanleiding gaven om geen zij-instromers toe te laten, mogen gelet op de gepubliceerde informatie niet voor rekening en risico komen van appellant. Het College is van oordeel dat appellant er in redelijkheid op heeft mogen vertrouwen dat er voor het collegejaar 2021-2022 vijf plaatsen beschikbaar zouden zijn voor zij-instromers en zijn toelatingsverzoek conform de gepubliceerde informatie en door verweerster ter zitting toegelichte gebruikelijke toelatingsprocedure zou worden behandeld.

Volledige uitspraak (pdf, 165 kB)