Zaaknummer CBE22.052

Verweerster: de Examencommissie Rechtsgeleerdheid
Onderwerp: proceskosten
Uitspraak: afwijzing

Verweerster heeft zich op het standpunt gesteld dat de getroffen schikking volledig voortvloeit uit coulance aan haar zijde. Verweerster heeft daarbij inzichtelijk gemaakt dat op basis van eigen beleidsmatige capaciteitsafwegingen en met oog voor de menselijke verzachtende omstandigheden aan de zijde van appellant, een schikkingsvoorstel is gedaan waarbij het primaire sanctiebesluit niet is herroepen. Het College volgt dit standpunt. Het besluit van verweerster en de daarbij horende sancties blijven overeind. De vaststelling dat appellant plagiaat heeft gepleegd blijft staan, het resultaat van het essay is nog steeds ongeldig, appellant komt niet in aanmerking voor herschrijving van zijn essay en de ‘F’-aantekening in Osiris met daarbij uitsluiting van het judicium ‘cum laude’ blijft gehandhaafd. Het College leidt daaruit af dat, gegeven dat het besluit niet onrechtmatig is, de getroffen sancties in essentie overeind blijven en de primaire beslissing noch het daarbij beoogde rechtsgevolg is gewijzigd. Nu er geen sprake is van een ‘herroeping’ in de zin van artikel 7:28, tweede lid Awb wijst het College het verzoek om proceskostenvergoeding af.

Volledige uitspraak (pdf, 140 kB)