Zoek in de site...

Masterprogramma specialisatie Geestelijke Verzorging op hoofdlijnen

Als specifieke eindterm voor Geestelijke Verzorging geldt:

Je kunt geestelijke zorg verlenen op basis van kennis van en inzicht in zingeving, geloofs- en levensovertuiging, en professionele vaardigheden en onderzoeksvaardigheden.

Na afloop van de specialisatie ben je in staat om:

  • met het oog op het primaire proces in de geestelijke verzorging verbanden te leggen tussen conceptuele en procedurele kennis op het terrein van de religiewetenschappen, en daarbinnen de narratologie, rituologie en ethiek;
  • functies, structuren en inhouden van zingeving, geloof en levensovertuiging te herkennen en te analyseren met inzet van conceptuele en procedurele kennis op het terrein van de geestelijke verzorging;
  • theorieën over zingeving, geloof en levensovertuiging te integreren in onderzoek en andere professionele taken op het terrein van: religieuze counseling en diagnostiek, rituele vormgeving, morele counseling en ethische advisering.

De masterspecialisatie Geestelijke Verzorging biedt binnen de eindtermen van de master Religiewetenschappen een wetenschappelijk afstudeerprofiel waarin je de basiskwalificaties ontwikkelt voor professionele functies op het terrein van religie en zorg, in het bijzonder de startkwalificaties voor het beroep van geestelijk verzorger. De opleiding tot geestelijk verzorger is geaccrediteerd door de grootste beroepsvereniging van geestelijk verzorgers, de VGVZ en het kwaliteitsregister van de beroepsgroep, de SKGV. Deze opleiding wordt vooralsnog niet erkend door een achtergrondgenootschap, waardoor je als afgestudeerde niet benoembaar bent als ambtsdrager op die locaties waar een kerkelijke zendingsopdracht als toelatingsvoorwaarde geldt.

Ook als je Theologie studeert, geldt de masterspecialisatie Geestelijke Verzorging als een professionele specialisatie die je in de (driejarige) master Theologie kunt inpassen. De specialisatie vindt dan meestal plaats na de theologische scriptie. Voor de resterende 15 EC is een op het Geestelijke Verzorging curriculum afgestemd theologisch cursusaanbod beschikbaar, dat verplicht is als je theologiestudent bent, en facultatief als je Religiewetenschappen studeert.

In de masterspecialisatie Geestelijke Verzorging ontwikkel je de initiële competenties die je nodig hebt om op het terrein van religie en zorg een hulpverlenend beroep op academisch functieniveau uit te oefenen. Het streefdoel van het curriculum beantwoordt aan vijf formele bekwaamheden:

• Je verwerft kennis van en inzicht in het verband tussen religie en zorg (in toenemende mate meer omvattend).

• Je past kennis en inzichten toe in professionele settings van religie en zorg (in steeds meer nieuwe contexten).

• Je ontwikkelt je beoordelingsvermogen op het gebied van religie en zorg (in toenemende mate synthetisch).

• Je communiceert over het professionele verband tussen religie en zorg (met een steeds meer gespecialiseerd publiek).

• Je doet leervaardigheden op binnen de professionele settings van religie en zorg (in toenemende mate autonoom en maatschappijbetrokken).

Deze competenties ontwikkel je in hoorcolleges, werkcolleges, practica, een professionele stage (met betrokken opleidingssupervisie) en een scriptie. Daarbij geldt dat je de competenties ook in het kader van een eigen spirituele identiteit ontwikkelt; een proces dat we intensief begeleiden vanaf het eerste begin van je opleiding (via het 'adviesgesprek') en gedurende het hele curriculum (via 'spirituele diagnostiek' en 'supervisie').

In het curriculum onderscheiden we:

  • drie generieke cursussen;
  • drie taakcursussen;
  • de stage en stagebegeleiding;
  • de scriptie.

In het eerste semester worden de generieke cursussen en de taakcursussen aangeboden. Tot de generieke cursussen behoren:

  • De cursus Grondslagen van de geestelijke verzorging, waarin je zowel inzicht krijgt in de theorievorming over het beroepsdomein van de geestelijke verzorging als in de professionele en disciplinaire grondslagen van het vak.
  • De cursus Klinische onderzoeksmethoden, waarin je een kort overzicht krijgt van klinische onderzoeksmethodologie en kennis maakt met enkele praktisch inzetbare onderzoeksmethoden op het terrein van religie en zorg.
  • De cursus Spirituele diagnostiek, waarin je leert om je eigen levensovertuiging(en) te verwoorden en affectief te analyseren in een (dyadisch) gesprek.

Naast deze generieke cursussen bieden we drie cursussen aan die corresponderen aan narratieve, rituele en morele basistaken op het terrein van de geestelijke verzorging. In deze taakcursussen krijg je een inleidend theoretisch overzicht vanuit de literatuur, en oefen je basisvaardigheden aan de hand van een practicum. De taakcursussen zijn:

  • Spirituele counseling;
  • Rituele expressie;
  • Ethische advisering.

Deze zes cursussen van het eerste semester kennen elk een studielast van 5 EC. Halverwege de practica maak je telkens een opdracht die je met een voldoende moet afsluiten om toegelaten te worden tot de stage.

In het tweede semester staat de stage centraal, en daarbij de opleidingssupervisie waarin je leerproces wordt begeleid. De stage heeft een omvang van vijf maanden (van half januari tot half juni) en vindt twee dagen per week plaats, in een professionele setting van religie en zorg, namelijk de geestelijke verzorging binnen de gezondheidszorg, of - bij uitzondering - bij justitie of defensie.

De organisatie waarbinnen je stage loopt wijst je een mentor toe door wie je professioneel begeleid en ondersteund wordt. Een contract met de stageorganisatie garandeert dat je de onderwijsdoelen van de stage voldoende kunt oefenen en dat je, indien dit relevant en mogelijk is, je scriptieonderzoek ter plekke kunt verrichten. Tijdens de stageperiode keer je regelmatig en op afspraak naar de faculteit terug voor supervisie en/of scriptiebegeleiding. Vanaf de start van de opleiding bieden we je een scriptiewerkplaats aan waarbij je begeleid wordt in het opzetten van een onderzoek/scriptievoorstel op het terrein van religie en zorg. In de loop van het eerste semester leg je het scriptievoorstel vast in een begeleidingsovereenkomst met een vakdocent. Je sluit de opleiding af met een wetenschappelijke masterscriptie op het terrein van religie en zorg.

In het jaar voorafgaand aan de masteropleiding oriënteer je je al op de masteropleiding door onder andere:

• de (minor) bachelorcursus Religie en zorg te volgen;

• zelfstandig mogelijke stageplaatsen te verkennen;

• je te oriënteren op een scriptieonderzoek;

• een informatiebijeenkomst bij te wonen.

Aan de toelating tot de masterspecialisatie Geestelijke Verzorging gaat een adviesgesprek vooraf waarin een ‘spiritueel assessment’ plaatsvindt dat tot een positief dan wel negatief studieadvies leidt.

Je kunt de opleiding voltijds in een jaar volgen of in deeltijd in twee jaar. Als theologiestudent kun je in het derde jaar van je master de specialisatie Geestelijke Verzorging volgen. Je hebt dan 15 EC extra tot je beschikking waarvan je 5 EC invult met de cursus Theologische reflectie, en 10 EC in overleg met je eigen studiecoördinator.

De opleiding omvat naast de beroepsstage, supervisie en scriptie een zestal cursussen waarin:

  • Je kennis van en inzicht in de professionele en disciplinaire grondslagen van het vak geestelijke verzorging krijgt.
  • Je een helder beroepsbeeld krijgt van de geestelijke verzorging en leert om bij te dragen aan de disciplinaire begripsvorming.
  • Je middels practica vaardigheden oefent en onderzoekstaken uitvoert.

Deze opleiding is geaccrediteerd door de Vereniging van Geestelijk Verzorgers in Zorginstellingen (VGVZ) en door de Stichting Kwaliteitsregister Geestelijke Verzorging (SKGV).