Zoek in de site...

Bachelorprogramma op hoofdlijnen

Onderwijsintensivering
Keuzemomenten
Honours Programma

Kenmerkend voor het bachelorprogramma is de onderverdeling in major en minor. De major is het basisprogramma van de eigen opleiding, minoren zijn samenhangende vakkenpakketten, die je kunt gebruiken om je major verder uit te diepen of om je kennis juist te verbreden door vakken van andere opleidingen te volgen. In de major zijn enkele cursussen opgenomen die faculteitsbreed worden aangeboden om een gemeenschappelijke basis in de letterenstudies tot stand te brengen. Daar kom je dus ook studenten van andere opleidingen tegen.

Het programma ziet er voor studenten die in 2016 met de studie beginnen als volgt uit: een propedeuse met vakken uit het majordeel (B1) met afsluitend propedeusediploma, gevolgd door twee jaar studie (B2 en B3), waarin de major wordt voortgezet en daarnaast 3 minoren worden gevolgd. Aan het einde van het tweede bachelorjaar ga je een periode naar het buitenland. Dit buitenlandverblijf maakt voor studenten die in of na september 2014 met de bachelor zijn gestart onderdeel uit van de major (zie onderstaande tabel).  De bachelor wordt afgesloten met het bachelordiploma. Ongeacht de minorenkeuze kun je altijd doorstromen naar de masteropleiding die aansluit op je bacheloropleiding: binnen de master Letterkunde de masterprogramma's Duitstalige letterkunde, Literair bedrijf of Europese letterkunde of binnen de master Linguistics de masterprogramma's German Linguistics of General Linguistics. Door een gerichte samenstelling van je minoren kun je soms ook toegang krijgen tot de master van een andere (letteren)opleiding. De masteropleiding duurt een jaar en wordt afgesloten met het masterdiploma. De bachelor geeft tevens toegang tot verschillende onderzoeksmasters (tweejarig). Voor toegang tot dergelijke masters geldt een selectieprocedure; dit geldt ook voor de tweejarige joint degree master Europese Studies: Nederland-Duitsland-Studies.

Studiejaar Majoronderdelen in studiepunten Minoronderdelen in studiepunten Studiepunten totaal
Bachelor 1 55 5 (core curriculum 1) 60
Bachelor 2 55 (incl. 15 ec buitenlandverblijf) 5 (core curriculum 2) 60
Bachelor 3 25 35 (30 ec minorvakken en 5 ec core curriculum 3) 60
Master 60 (NDS/research: 120) n.v.t. 60 (NDS/research: 120)

120  studiepunten worden besteed aan de major (het 'hoofdvak'),  45 aan minoren (verplicht buitenlandverblijf in B2 & twee minoren van elk 15 of één minor van 30 studiepunten in B3) en 15 aan het Core Curriculum Geesteswetenschappen (GW), zie elders in deze studiegids.

!! LET OP: voor studenten die vóór 1 september 2014 met de opleiding gestart zijn, geldt een andere verdeling tussen major en minor!!

De cursussen in B2 en B3 vormen samen met de cursussen in B1 een logisch en samenhangend geheel:
Op het gebied van de letterkunde komen proza, lyriek en drama in alle drie bachelorjaren aan bod. Toch heeft elk jaar zijn eigen zwaartepunt. 
In het eerste jaar is lyriek als zwaartepunt gekozen. Daarnaast heb je in het eerste jaar een overzicht gekregen van de ontwikkeling van de Duitse literatuur door de eeuwen heen. 
In het tweede jaar zal in het eerste semester drama het zwaartepunt zijn. 
In het derde jaar staat in het tweede semester de relatie tussen auteur en zijn/haar werk centraal en ligt de nadruk op proza, als het gaat om verteltechnieken. Eveneens komt in het tweede smester van het derde jaar de oudere Duitse letterkunde uitgebreid aan bod.

Op het terrein van de taalkunde is in het eerste jaar aandacht besteed aan morfologie, fonetiek en fonologie, syntaxis en tekstanalyse. 
In het tweede jaar komt de historische taalkunde aan bod (hoe heeft zich het Duits ontwikkeld en hoe verklaart die ontwikkeling regionale verschillen in het hedendaagse Duits). Daarnaast is er een vak dat zich bezighoudt met taalverwervingstheorieën. 
In het derde jaar staat DaF (Deutsch als Fremdsprache) centraal.

Onderwijsintensivering

De Radboud Universiteit Nijmegen intensiveert het onderwijs, met name in het eerste jaar van de studie. Intensivering van het programma Duitse taal en cultuur houdt het volgende in:

  1. Er wordt intensief gewerkt aan het verbeteren van de taalvaardigheid (intensieve training van uitspraak en spreekvaardigheid, luistervaardigheid en schrijfvaardigheid)
  2. De opleiding acht het van belang dat studenten al aan het begin van hun studie de stap naar het buitenland zetten, om ondergedompeld te worden in de taal en cultuur van het land, dat het onderwerp van de studie vormt. Bij aanvang van hun studie verblijven de eerstejaars gedurende 4 dagen in Keulen voor een intensieve taaltraining Duits. In de tweede collegeperiode volgen de studenten van de opleiding Duitse taal en cultuur elke donderdag gedurende een periode van ongeveer twee maanden een programma aan de universiteit Duisburg-Essen. Vanaf medio oktober tot en met december vertrekt vanuit Nijmegen een bus, die de studenten naar de campus in Essen brengt. De studenten kiezen uit een selectie van vakken de cursussen die zij willen volgen. De vakken die daar gevolgd worden maken deel uit van het reguliere studieprogramma van de Universität Duisburg-Essen. De docenten die in de eerste periode de studenten op hun college's in Duisburg-Essen voorbereiden, reizen om de beurt met de studenten mee naar Essen. Nadere informatie over het cursusprogramma wordt aan het begin van het studiejaar (o.a. via de elektronische leeromgeving van Blackboard) bekend gemaakt.

Keuzemomenten

Voor de studenten zijn er gedurende de vierjarige studie een aantal beslismomenten te onderscheiden. Het eerste grote beslismoment ligt in het tweede bachelorjaar. In de loop van het tweede en derde bachelorjaar kiezen de studenten in totaal een of twee minoren, dus de educatieve minor of twee andere minoren. Ze volgen bovendien nog een andere minor: het Core Curriculum.

Voor studenten die in of na september 2014 met de bacheloropleiding zijn gestart, maakt het buitenlandverblijf in B2 onderdeel uit van de major.

Het tweede grote beslismoment ligt aan het einde van het derde bachelorjaar. Studenten beslissen dan voor welke master ze kiezen. Voor toelating tot een master anders dan die van de studierichting waarin studenten hun bachelordiploma behaald hebben, in dit geval Letterkunde en Linguistics, kunnen bepaalde toelatingseisen gesteld worden. Voor studenten met een bachelordiploma Duitse taal en cultuur die in de tweejarige joint degree master Europese Studies: Nederland-Duitsland-Studies willen instromen, zal dat betekenen dat zij naar een plaats in de master zullen moeten solliciteren. Hetzelfde geldt voor studenten die in een researchmaster willen instromen. Wanneer een student voor een andere master dan die van de eigen studierichting wil opteren, zal reeds in de bachelorfase voor de juiste kwalificaties gezorgd dienen te worden.

De volgende minoren worden door de opleiding aangeboden:

  • Nederland-Duitsland (Deze minor is bijzonder aan te raden voor studenten die belangstelling hebben voor de tweejarige masteropleiding Europese Studies: Nederland-Duitsland-Studies)
  • Duitse Taal en Cultuur (deze minor is een aanschuifminor en kan om die reden niet door studenten DTC gevolgd worden)

Meer informatie is in de facultaire minorgids te vinden.

Honours Programma

De Radboud Honours Academy biedt gemotiveerde en getalenteerde studenten van de Radboud Universiteit de kans om naast hun reguliere studie een extra en uitdagend onderwijsprogramma te volgen. Er zijn honoursprogramma’s voor propedeuse-, bachelor- en masterstudenten.

Meer informatie over de programma's vind je op de website. Je kunt ook een afspraak maken om langs te komen bij een programmaregisseur.

Radboud Honours Academy Erasmusplein 1, begane grond, kamer 0.01 Telefoon: 024-3615955 E-mail: honours@honours.ru.nl Website: www.ru.nl/honoursacademy