Zoek in de site...

Bindend studieadvies in het eerste jaar

Met ingang van studiejaar 2011-2012 is op de hele Radboud Universiteit het bindend studieadvies (BSA) ingevoerd. Dit houdt in dat iedere propedeusestudent in het eerste jaar minimaal 42 van de 60 studiepunten van het propedeutisch programma van biomedische wetenschappen moet behalen om door te mogen gaan met de studie. De commissie Studieadvies Eerste Jaar brengt een positief advies uit aan de student die ten minste 42 EC van de in het tweede lid bedoelde propedeutische fase heeft behaald.

Uitvoering bindend studieadvies

De uitvoering van het BSA ligt bij de commissie bindend studieadvies, bestaand uit leden van de examencommissie biomedische wetenschappen. Mw. Dr. I. van der Zee is interim-voorzitter.

Tussentijds advies

Het tussentijds advies wordt voor 1 maart uitgebracht, nadat de uitslagen van eerste helft van het jaar bekend zijn. Het tussentijds advies  kan positief zijn of het advies zich ernstig te beraden op doorgaan met de studie. Het tussentijdse advies is niet bindend.

Definitief advies

Het definitieve BSA wordt in twee fasen uitgebracht in de zomer en is wel bindend.

Fase 1

Week 29, als de uitslag van het vierde kwartaal bekend is

Onderscheid tussen:

  • Groep a: voldoet al aan norm positief BSA
  • Groep b: kan niet meer voldoen aan norm positief BSA
  • Groep c: een positief BSA is nog haalbaar na behalen van hertentamens

Fase 2

Week 33, als de uitslagen van de hertentamens bekend zijn

Onderscheid tussen:

  • Groep c1: alsnog voldaan aan norm positief BSA
  • Groep c2: niet voldaan aan norm positief BSA

Procedure negatief BSA

In week 29 en week 33 krijgt de groep die definitief voldoen aan de norm voor positief BSA bericht over het advies. Studenten die niet voldoen aan de norm voor een positief BSA, krijgen in week 29 en 33 bericht over het voornemen van de commissie tot een negatief bindend studieadvies en mogelijkheid om gehoord te worden tijdens een hoorzitting in week 34. In de hoorzitting krijgt de student de kans om te beargumenteren waarom deze een positief  BSA zou moeten krijgen. Direct na de hoorzittingen worden de definitieve studieadviezen verstuurd en wordt (in geval van een negatief BSA) een uitnodiging gegeven voor een exit-gesprek met de studieadviseur, waarin alternatieven en het verdere traject besproken kunnen worden.

Bijzondere omstandigheden

Bijzondere omstandigheden die kunnen leiden tot verminderde studieprestaties moeten zo snel mogelijk worden gemeld aan de studieadviseur. De uiterste datum hiervoor is 1 juni. De studieadviseur informeert de commissie BSA over de bijzondere omstandigheden, zodat de commissie BSA dit kan meewegen in de beslissingen.

Bijzondere omstandigheden zijn uitsluitend (uitvoeringsbesluit WHW, Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek):
  1. Ziekte van betrokkene
  2. Lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis van betrokkene
  3. Zwangerschap van betrokkene
  4. Bijzondere familieomstandigheden
  5. Lidmaatschap of voorzitterschap van universiteitsraad, UMC-raad, onderwijsmanagementteam, opleidingscommissie , of vergelijkbare taak met substantiële omvang
  6. Lidmaatschap van bestuur van een stichting die studentenvoorzieningen exploiteert, of vergelijkbare taak met substantiële omvang

Aangehouden advies

In geval van bijzondere omstandigheden kan een student die niet geheel aan de verplichtingen van het BSA voldoet, een aangehouden advies krijgen. In dat geval moet de student voldoen na afloop van het tweede jaar voldoen aan de eisen van de propedeuse om door te mogen gaan met de opleiding.