Programma Bachelor jaar 2
De postpropedeuse voor studenten die starten met de opleiding in studiejaar 2018-2019 bestaat uit de volgende tentamens
Tentamens |
EC |
CODE |
1. Mechanismen gezondheid en ziekte, levensfasen & nieuwvorming 2. Mechanismen gezondheid en ziekte, beweging & stroming 3. Mechanismen gezondheid en ziekte, afsluitend tentamen |
6,5 6,5 3,0 |
MED-B2MGZK5 MED-B2MGZK6 MED-B2MGZ |
4. Praktijk en principes van de geneeskunde, derde semester |
5,0 |
MED-B2PPGS3 |
5. Context, science and innovation, derde semester 6. Context, science and innovation, vierde semester |
3,0 5,0 |
MED-B2CSIS3 MED-B2CSIS4G |
7. Projectvoorstel wetenschappelijk onderzoek 8. Projectverslag wetenschappelijk onderzoek |
2,0 5,0 |
MED-B2PVOOR MED-B2PWET |
9. Klinische vraagstukken, niveau 1 10. Klinische vraagstukken, niveau 2 11. Klinische vraagstukken, niveau 3 12. Klinische vraagstukken, niveau 4 13. Klinische vraagstukken, niveau 5 |
2,0 4,0 6,0 9,0 14,0 |
MED-B2KVS1 MED-B2KVS2 MED-B3KVS3 MED-B3KVS4 MED-B3KVS5 |
14. Klinische vaardigheden, tweede bachelorjaar 15. Klinische vaardigheden, derde bachelorjaar |
3,0 5,0 |
MED-B2KVH MED-B3KVH |
16. Vrije keuzeruimte bachelorjaar 2 |
5,0 |
MED-B2VKRG |
17. Minor vijfde semester |
12,0 |
MED-MINxx |
18. Minor zesde semester |
14,0 |
MED-MINKxx |
19. Professionaliteit, derde semester 20. Professionaliteit, vierde semester 21. Professionaliteit, vijfde semester 22. Professionaliteit, zesde semester |
2,0 2,0 1,0 1,0 |
MED-B2PFS3 MED-B2PFS4 MED-B3PFS5 MED-B3PFS6 |
23. Voortgangstentamen tweede bachelorjaar 24. Voortgangstentamen derde bachelorjaar |
2,0 2,0 |
MED-VTB2 MED-VTB3 |
TOTAAL POSTPROPEDEUSE |
120 |
De postpropedeuse voor studenten die met de opleiding gestart zijn in studiejaar 2017-2018 (en eerdere cohorten) bestaat uit de volgende tentamens:
Tentamens |
EC |
CODE |
1. Mechanismen gezondheid en ziekte, levensfasen & nieuwvorming 2. Mechanismen gezondheid en ziekte, beweging & stroming 3. Mechanismen gezondheid en ziekte, afsluitend tentamen |
6,0 6,0 3,0 |
B2MGZQ5 B2MGZQ6 B2MGZ |
4. Praktijk en principes van de geneeskunde, derde semester |
5,0 |
B2PPGS3 |
5. Context, science and innovation, derde semester 6. Context, science and innovation, vierde semester |
3,0 5,0 |
B2CSIS3 B2CSIS4G |
7. Integratieopdracht vijfde kwartaal |
2,0 |
B2IOQ5 |
8. Projectvoorstel wetenschappelijk onderzoek 9. Projectverslag wetenschappelijk onderzoek |
2,0 7,0 |
B2PVOOR B2PVERS |
10. Klinische vraagstukken, niveau 1 11. Klinische vraagstukken, niveau 2 12. Klinische vraagstukken, niveau 3 13. Klinische vraagstukken, niveau 4 14. Klinische vraagstukken, niveau 5 |
2,0 4,0 6,0 9,0 14,0 |
B2KVS1 B2KVS2 B3KVS3 B3KVS4 B3KVS5 |
15. Klinische vaardigheden, tweede bachelorjaar 16. Klinische vaardigheden, derde bachelorjaar |
3,0 5,0 |
B2KVH B3KVH |
17. Vrije keuzeruimte bachelorjaar 2 |
5,0 |
B2VKRJ2 |
18. Minor vijfde semester |
12,0 |
MINxx |
19. Minor zesde semester |
14,0 |
MINKxx |
20. Professionaliteit, derde semester 21. Professionaliteit, vierde semester 22. Professionaliteit, vijfde semester 23. Professionaliteit, zesde semester |
2,0 2,0 1,0 1,0 |
B2PFS3 B2PFS4 B3PFS5 B3PFS6 |
24. Voortgangstentamen tweede bachelorjaar 25. Voortgangstentamen derde bachelorjaar |
2,0 2,0 |
VTB2 VTB3 |
TOTAAL POSTPROPEDEUSE |
120,0 |
N.B. Nadere informatie over inhoud en opbouw van de kwartalen in het eerste studiejaar is beschikbaar in de en via de digitale leeromgeving Brightspace.
Het tweede studiejaar
De kwartalen Q5 en Q6 In de eerste helft van het tweede studiejaar kennen de kwartalen een vergelijkbare opzet als die van de vier kwartalen in het eerste studiejaar. In Q5 staan levensfasen en nieuwvorming centraal en Q6 heeft als thema beweging en stroming. In dit jaar vindt via de leerlijnen verdere verdieping plaats van wat je in het eerste jaar geleerd hebt. Vanaf Q7 wordt de overlap met het curriculum biomedische wetenschappen geleidelijk minder en komen er steeds meer specifieke aspecten van de geneeskunde aan bod.
Vanaf Q7: Klinische Vraagstukken en Vaardigheden (KVV) De lijnen MGZ en PPG (inclusief patiëntencontacten) worden geïntegreerd in de lijn Klinische Vraagstukken en Vaardigheden (KVV). Het belangrijkste doel van deze lijn is dat je leert om klinisch te redeneren in een aantal geselecteerde vraagstukken rondom gezondheid en ziekte en dat je vaardigheden aanleert om in die vraagstukken persoonsgerichte zorg te kunnen leveren. De lijn KVV bestaat uit vijf clusters, A t/m E, verspreid over de laatste zes kwartalen van de bacheloropleiding, dus doorlopend in het derde bachelorjaar (Q7 t/m Q10, plus Q11 òf Q12). Tijdens deze kwartalen werk je deels individueel en deels samen met andere geneeskundestudenten aan de ontwikkeling van competenties in het kader van de"klinische vraagstukken".
De clusters hebben elk een eigen thema:
A Hart & vaten, longen en nieren (280 sbu)
B Zenuwstelsel 1, zintuigen, bewegingsapparaat (200 sbu)
C Abdomen, kleine bekken, urogenitaal stelsel (280 sbu)
D Zenuwstelsel 2, psychoproblematiek, huid (200 sbu)
E Algemeen en integratie vraagstukken (400 sbu)
Overige lijnen
Je wordt ingedeeld in een groep, elke groep loopt in een eigen volgorde door de clusters heen. In Q7 en Q8 is per kwartaal 240 sbu (60%) van de tijd beschikbaar voor de lijn KVV, de overige 160 sbu zijn bedoeld voor het voortzetten van de lijn Professionaliteit en de afronding van de lijn CSI (inclusief projecten) in Q8.