Zoek in de site...

Overzicht programma

Het minorprogramma van 30 EC is verdeeld over één semester. Je krijgt je EC toegekend door het behalen van tentamens. In de tentamens worden inhouden uit verschillende onderwijslijnen bij elkaar getoetst. Zie voor meer informatie bij Toetsing en de tabel hieronder. Gedurende het hele semester heb je op maandag en vrijdag instituutsonderwijs en op dinsdag, woensdag en donderdag loop je stage.

In de eerste periode richt je je met name op het leren lesgeven en je (eigen) gedrag voor de klas; in de tweede periode richt de focus zich steeds meer op het leren en de ontwikkeling van de (individuele) leerling. Daarnaast is er een ontwikkeling van onderdelen van lessen naar grotere onderwijseenheden (lessen en lessenreeksen). In het begin van het programma werk je aan de hand van een concrete methode; aan het eind ontwerp je zelf onderdelen van leerarrangementen.

Als leraar moet je volgens de wet aan bepaalde bekwaamheidseisen voldoen, die te maken hebben met drie rollen die je binnen het beroep van docent vervult. Deze rollen zijn:

  • Vakdidactisch specialist: je bent een academicus die de inhoud van zijn vak beheerst en die weet hoe je die vak inhoud het beste kunt vertalen naar onderwijs dat toegesneden is op verschillende doelgroepen van leerlingen in het VO. Deze rol wordt uitgewerkt in de onderwijslijn ‘Vakdidactiek’ (VD).
  • Pedagoog: je bent naast vakinhoudelijk ook pedagogisch onderlegd, zodat je jongeren (adolescenten) kunt ondersteunen in de ontwikkeling die ze doormaken. Je bent, kort gezegd, tot op zekere hoogte ook opvoeder. Deze rol wordt uitgewerkt in de onderwijslijn ‘Algemene Didactiek’ (AD).
  • Professional: je bent een werknemer die kan functioneren in een team. Dat team omvat niet alleen de collega-docenten van je eigen vak, maar ook de andere docenten en zelfs de hele school als professionele organisatie. Van jou als academicus wordt verwacht dat je de potentie hebt om daar een dynamische en initiatiefrijke functie in te vervullen. Daarnaast ben je zelfsturend in de ontwikkeling van jouw professionele identiteit. Deze rol wordt uitgewerkt in de onderwijslijn ‘Persoonlijke Professionele Ontwikkeling’ (PPO).

De Educatieve Minor geeft je een basis om deze rollen zelfstandig te vervullen en in je verdere carrière ten volle te ontplooien.

Schematische weergave programma

samenvatting van curriculum minor

In de onderwijslijn Algemene Didactiek (AD) maak je kennis met didactische uitgangspunten en inzichten die de individuele schoolvakken overstijgen. Het programma is opgebouwd vanuit een drietal thema's:

1. Interactie en klassenmanagement: hoe ga ik om met mijn leerlingen?
2. Leren en instructie: hoe zorg ik ervoor dat leerlingen leren?
3. De leerling: wie is de leerling die voor me zit?

Tijdens de werkcolleges zit je over het algemeen in vakoverstijgende groepen, dat wil zeggen samen met studenten uit een ander schoolvak.

De colleges in de lijn Professionele Persoonlijke Ontwikkeling (PPO) hebben een flexibele inhoud die aansluit op je persoonlijke ontwikkeling. Meestal worden deze colleges in kleinere groepen van ongeveer vijftien studenten gegeven.

Tijdens de colleges Vakdidactiek (VD) zit je in de regel alleen met de medestudenten uit je eigen schoolvak in een groep. Sommige vakdidactische colleges hebben een overkoepelend thema waarbij groepen van verschillende verwante schoolvakken samen zitten.