Zoek in de site...

Vrijstellingen

Iedere student die meent te kunnen aantonen dat hij of zij een bepaald onderdeel van de masteropleiding CoPO al in voldoende mate beheerst, kan een vrijstelling aanvragen. Een verzoek om vrijstelling wordt behandeld door de Examencommissie PWO, die zich in haar oordeel laat leiden door de bepalingen uit het Onderwijs en Examen Reglement (OER) en de mening van de examinator van het onderdeel waarvoor vrijstelling wordt gevraagd. Een vrijstelling kan alleen individueel worden aangevraagd, wat betekent dat een gezamenlijk verzoek van twee of meer studenten niet in behandeling wordt genomen.

Een student die een individuele vrijstelling wil aanvragen, gaat als volgt te werk:

  • De student dient tijdig een aanvraag voor vrijstelling in bij de Examencommissie. Met ‘tijdig’ wordt bedoeld: vóór aanvang van het programmaonderdeel waarvoor vrijstelling wordt gevraagd (zie OER).
  • De student moet zijn of haar aanvraag onderbouwen met bewijzen van elders gevolgd universitair onderwijs, zoals certificaten en beschrijvingen uit de studiegids. Hierbij dienen de leerdoelen van het programmaonderdeel waarvoor vrijstelling wordt gevraagd als uitgangspunt; de student moet per leerdoel aangeven op welke wijze de benodigde kennis en vaardigheden reeds zijn behaald en waaruit dat blijkt, met specifieke verwijzingen naar het bijgevoegde bewijsmateriaal. Gebruik voor de aanvraag het volgende formulier (docx, 29 kB).
  • De Examencommissie raadpleegt de examinator van het onderdeel waarvoor vrijstelling wordt gevraagd en neemt zijn of haar oordeel mee in de besluitvorming.
  • De Examencommissie stuurt de student bericht over het al dan niet toekennen van de vrijstelling. Bij een voldoende getailleerd verzoek gebeurt dit in de regel enkele dagen na de vergadering waarin het besluit is genomen. De wachttijd bedraagt in dat geval circa vijf weken na indienen van het verzoek.