Inleiding Beperkingen en handicaps
Mensen met beperkingen ondervinden problemen met het uitvoeren van allerlei activiteiten, waardoor het voor hen moeilijk is om binnen de grenzen van hun ontwikkelingsmogelijkheden volwaardig te participeren in de samenleving. In de afstudeerrichting ‘Beperkingen en handicaps' bestuderen we deze kwestie voor vijf doelgroepen: visueel, auditief, lichamelijk, verstandelijk en meervoudig beperkte mensen. Voor alle vijf de doelgroepen is evenveel aandacht. Hoe om te gaan met de beperkingen die deze mensen ondervinden wordt behandeld in de klinisch georiënteerde cursus ‘Interventies bij mensen met beperkingen'. Hoe ervoor gezorgd kan worden dat mensen met een beperking volwaardig kunnen deelnemen aan de samenleving op een manier die past bij hun ontwikkelingsmogelijkheden wordt behandeld in de meer beschouwende cursus 'Participatie: opvoeden en begeleiden van mensen met een beperking'. In beide cursussen wordt aandacht besteed aan praktische en fundamentele vragen over de ontwikkeling, groei, zorg, opvoeding en behandeling van kinderen, jongeren en (jong)volwassenen met een functiebeperking.
Voorbeelden van vragen die aan bod komen in de twee cursussen zijn: Draagt ‘passend onderwijs' bij aan inclusie van kinderen met beperkingen in het regulier onderwijs? Wat is de kwaliteit van leven van mensen met beperkingen en hoe kan je die verbeteren? Hoe leer je kinderen met een beperking communiceren? Hoe behandel je stereotype gedrag en zelfverwonding en problemen met eten, zindelijkheid of slapen? Speciale aandacht is er voor problemen die relatief veel voorkomen bij mensen met beperkingen. Hoe maak je de overgang van onderwijs naar werk? Wat kunnen we doen om de sociale netwerken van mensen met beperkingen te vergroten zodat zij vriendschappen kunnen aangaan? Waarom zijn gehandicapten relatief vaak slachtoffer van seksueel misbruik?
We bestuderen deze vragen aan de hand van historische en actuele literatuur, waarbij het in Nederland veelgebruikte begrippenkader van de Wereld Gezondheidsorganisatie de ICF en ICF-CY wordt gebruikt. Hierin is niet alleen aandacht voor stoornissen, beperkingen en handicaps maar wordt ook systematisch in kaart gebracht welke persoonlijke en externe factoren van invloed zijn op uit te voeren activiteiten en de mogelijkheden tot participeren in de samenleving.
Het programma van de afstudeerrichting Beperkingen en Handicaps bereidt studenten voor op een loopbaan in de gehandicaptenzorg, de (kinder)revalidatie, het onderwijs (regulier en speciaal basisonderwijs, cluster 1, 2 en 3, voortgezet speciaal onderwijs), en de ambulante begeleiding van mensen met beperkingen en van hun ouders, leerkrachten en begeleiders. Het programma is ook interessant voor wie in de bijzondere jeugdzorg of bij justitie wil gaan werken, omdat er ook aandacht is voor kinderen en jongeren met lichte verstandelijke beperkingen, al dan niet in combinatie met gedragsproblemen. In beide cursussen wordt gewerkt met casuïstiek en het schrijven van korte papers/essays.