Inleiding Relationele Ontwikkeling
In de afstudeerrichting Relationele ontwikkeling staat de cliënt (hulpvrager) in relatie tot zijn omgeving centraal. Uitgangspunt van deze afstudeerrichting is dat probleemgedrag nooit op zichzelf staat en ook geen eigenschap is van een individu. Ieder mens leeft en ontwikkelt zich in relatie tot andere mensen, in relatie met zijn omgeving en in relatie tot de regels, wetgeving en normen en waarden van de maatschappij. Om meer zicht te krijgen op de belangrijkste relaties in het leven van ieder mens wordt uitgebreid stilgestaan bij de vroege ouder-baby relaties. Veel gedragsproblemen van cliënten in het werkveld van de jeugdhulpverlening en de gehandicapten zorg zijn namelijk te herleiden tot hechtingsproblematiek. Daarom is het belangrijk dat orthopedagogen goed op de hoogte zijn van de ontwikkeling van veilige hechtingsrelaties en welke factoren daarin een rol spelen. De wederzijdse gedragingen van ouder en kind staan centraal waarbij steeds preciezer wordt gekeken hoe afstemming tussen ouder en baby plaatsvindt. Aanwijzingen hiervoor worden gevonden in de literatuur over synchronie binnen de gebieden beweging en fysiologie.
De tweede cursus is gericht op het toepassen van de opgedane wetenschappelijke kennis over vroege ouder-kind relaties naar de orthopedagogische praktijk. Centraal staat de vraag: wat betekent een relationele visie voor je handelen als orthopedagoog en voor je taken als diagnostiek, verslaglegging, adviezen en de omgang met cliënten en collega’s? Enkele deskundigen op het gebied van interventies die gebaseerd zijn op een relationele visie voor ontwikkeling zullen als gastdocenten een deel van deze cursus verzorgen en laten zien wat deze interventie beoogt en hoe het werkt. Daarnaast wordt tijd ingeruimd om te onderzoeken of stoornissen als ADHD en autisme ook benaderd kunnen worden als een relationeel probleem en wat dit dan voor consequenties heeft of zou kunnen hebben voor de hulpverlening. Kortom, deze afstudeerrichting is bedoeld voor aankomende orthopedagogen die willen werken aan een eigen visie en kritisch na willen denken over de uitvoering van zorg en hulpverlening in het orthopedagogisch werkveld.