Combinatie van theorie en praktijk
Het programma van de opleiding bestaat uit twee delen: leren op de universiteit en leren in de schoolpraktijk. Elk deel heeft een studielast van 30 EC. Je loopt vanaf de start van de opleiding stage en staat al snel (begeleid) voor de klas. Vanaf dag één ontwikkel je, binnen de rollen van vakdidactisch specialist, pedagoog en professional, jouw eigen manier van lesgeven.
Afgestemd op je ontwikkeling
Op maandag en vrijdag volg je onderwijs op de universiteit. Dinsdag tot en met donderdag ben je bezig met werkplekleren in een (opleidings)school. Wat je op maandag leert in de cursussen die je volgt, kun je dus meenemen in de schoolpraktijk. Op vrijdag is er ruimte om de ervaringen en inzichten die je in die week hebt opgedaan te bespreken en te verwerken in reflecties.
Schematische weergave van het programma
Figuur 2. Schematische weergave van het programma.
Figuur 2 laat de standaardroute door de opleiding zien. Het programma biedt ruimte voor flexibele leerroutes, dus als je dat wilt kun je hier in overleg van afwijken. De cursussen worden ieder semester aangeboden. (In collegejaar 2023-2024 geldt dit nog niet voor Vakdidactiek A).
Vakdidactiek A
De nadruk in deze cursus ligt op het ontwikkelen van basisvaardigheden en op het expliciteren, ontdekken, onderzoeken en bijstellen van je eigen visie op het leren van het schoolvak.
Vakdidactiek B
In Vakdidactiek B verdiep en verbreed je je kennis van het leren ontwerpen en het uitvoeren van onderwijs en verschuift de focus naar complexere vakinhouden.
Pedagogisch handelen
In deze cursus staan twee dingen centraal: het ontwikkelen van je pedagogische identiteit (wat wil jij je leerlingen meegeven?) en het ontwikkelen van handelingsrepertoire (hoe bereik je dat?)
Onderzoek in de onderwijspraktijk
In deze cursus krijg je de gelegenheid om je (eigen) onderwijspraktijk op basis van theorie en systematisch verzamelde gegevens te verkennen en te verbeteren.
Persoonlijke en professionele ontwikkeling
In deze cursus word je ondersteund bij je ontwikkeling tot startbekwame docent, bij het nemen van de regie over je leerproces en bij het reflecteren op al de verschillende facetten die daarbij komen kijken. Daarnaast leer je professioneel communiceren met leerlingen.
Werkplekleren
Het werkplekleren bestaat uit twee periodes, namelijk de Begeleide Stage en de Zelfstandige Stage. In het eerste deel zit de docent die jou begeleidt achterin de klas, in het tweede deel geef jij de lessen zelfstandig.
Meer informatie per cursus kun je vinden via het cursusoverzicht.