Start, begeleiding en beoordeling

Start van de stage

Voor de zomer is bekend op welke school je stage gaat lopen en wie je begeleider zal zijn. Kort daarna neem je contact op met de school. Na de start van de opleiding in september begin je daadwerkelijk met de stage. Het is belangrijk dat je kennismaakt met de school en de werkplekbegeleider op de school voordat je met de stage begint. Naast het kennismaken en rondlopen in de school kun je ook een aantal afspraken maken over bijvoorbeeld de start van de stage.

Naast deze kennismaking vindt er ook nog een startgesprek plaats in september tussen student, werkplekbegeleider (en eventueel schoolopleider) en instituutsopleider.

Stagebegeleiding

Gedurende de stage word je begeleid door één of meerdere (tweedegraads) bevoegde vakdocent(en), dit is/zijn je werkplekbegeleider(s). Daarnaast kunnen andere docenten betrokken zijn bij je stagebegeleiding (coaches, schoolopleider). Ook kan het zijn dat je stage loopt in de klassen van verschillende vakdocenten. Je eigen werkplekbegeleider blijft echter altijd je eerstverantwoordelijke begeleider.

Meer informatie over de begeleiding tijdens de stage is terug te vinden in de cursushandleiding van de stages.

Lesbezoek

Tijdens beide stages (a en b) krijg je een lesbezoek van een andere opleider dan de werkplekbegeleider(s). Deze lesbezoeken vanuit de opleiding zijn bedoeld om zicht te krijgen op jouw leerproces en om je feedback te geven. Meer informatie hierover vind je in de cursushandleiding. In uitzonderlijke gevallen kan het lesbezoek worden vervangen door feedback aan de hand van een video-opname.

De stagiair

Een school is een omgeving met specifieke regels en gebruiken. Voor een deel staan die op schrift, maar voor een belangrijk deel ook niet. Met deze regels en gebruiken dien je rekening te houden. De werkplekbegeleider is en blijft verantwoordelijk voor de klassen en het onderwijs en dus voer je als stagiair (delen van) het onderwijs uit onder zijn/haar verantwoordelijkheid, ook als je alleen voor de klas staat. Een leergierige en begeleidbare opstelling is daarbij van belang: je neemt initiatieven en overlegt daarover, je kijkt verder dan de lessen en vraagt ook andere docenten en functionarissen om hulp of informatie.

Een docent heeft een voorbeeldfunctie. Je zult je op school, en zeker in het bijzijn van leerlingen, conform de docentenrol moeten gedragen en kleden en je zult zorgvuldig taalgebruik moeten hanteren. Ook zal je je moeten houden aan de regels omtrent privacy die op de school worden gehanteerd. Controleer voor het begin van je stage je persoonlijke internetsites of social mediagegevens. Kijk vooral naar wat openbaar is. Wat vind je ervan als de school dit ziet? En je leerlingen?

Beoordeling van de stage

Je stagevoortgang wordt op verschillende momenten in de opleiding geëvalueerd, door de werkplekbegeleider en andere opleiders en begeleiders.  Meer informatie hierover vind je in de cursushandleiding.

Vragen, klachten en geschillen

Ondanks de zorgvuldige selectie van stageplaatsen kan het voorkomen dat er zich tijdens jouw stage vragen of problemen voordoen waar je op de stageschool en met je begeleiders niet uitkomt, bijvoorbeeld over de aard of omvang van de begeleiding, het aantal lessen dat je moet geven, vervanging of deelname aan activiteiten.

Bespreek je vraag of probleem in ieder geval met je instituutsopleider. Een overzicht van de instituutsopleiders en de scholen waaraan zij verbonden zijn, vind je op de website van de Radboud Docenten Academie. Er staat ook een link naar dit document in de cursushandleiding. Daarnaast kun je bij vragen over stageplaatsing contact opnemen met de coördinator Stageplaatsing van de Radboud Docenten Academie, Esmée Bruggink (stage@docentenacademie.ru.nl). Voor inhoudelijke vragen over de stage kun je je richten tot de coördinator Werkplekleren Hedwig de Krosse (hedwig.dekrosse@ru.nl).