Zoek in de site...

Programma B1

Eerste jaar (B1) Code 1 2 3 4 EC
Mentoraat en studievaardigheden LET-GESB000 X X X X 0
Oudheid I LET-GESB101 X 5
Oudheid II LET-GESB102 X 5
Nieuwe Tijd I LET-GESB105 X 5
Nieuwe Tijd II LET-GESB106 X 5
Globalisering LET-GESB109 X 5
Nederlandse Geschiedenis LET-GESB110 X 5
Historisch werkstuk LET-GESB100 X 5
Middeleeuwen I LET-GESB103 X 5
Middeleeuwen II LET-GESB104 X 5
Nieuwste Tijd I LET-GESB107 X 5
Nieuwste Tijd II LET-GESB108 X 5

Geschiedfilosofie

LET-GESB111 X 5

RADAr: Academische Taalvaardigheid

LET-RADAR-NL X X X 0
Totaal 60

De plaats van het eerste bachelorjaar (B1) in de Bacheloropleiding Geschiedenis

Het eerste jaar van de Bachelor Geschiedenis staat in het teken van het verwerven van kennis en vaardigheden, te beginnen met de studievaardigheden die je in de kick-off weken aan het begin van het collegejaar verwerft en in de loop van het jaar verder uitbouwt (de cursus Mentoraat en studievaardigheden). Op basis van hoorcolleges en handboekstof maak je je de hoofdlijnen van de geschiedenis eigen. Ter voorbereiding op en gedurende de werkcolleges verwerf je aan de hand van opdrachten de basisvaardigheden voor het doen van geschiedwetenschappelijk onderzoek. Hierbij ligt de nadruk op het zoeken, selecteren en kritisch verwerken van verschillende soorten historische bronnen en wetenschappelijke literatuur. Gaandeweg het eerste jaar worden deze opdrachten groter, opener en complexer. De resultaten ervan worden in werkgroepen, begeleid door de docent, door studenten onderling bediscussieerd. Aansluitend hierop leer je zelfstandig vraagstellingen te formuleren en te beantwoorden en verdiep je je in de geschiedfilosofische grondslagen van ons vakgebied.

Eindtermen B1

Aan het einde van B1 ben je in staat om:

  • de grote lijnen en samenhangen van de geschiedenis vanaf de vroege oudheid tot heden te beschrijven en met elkaar in verband te brengen;
  • in het kader van die chronologie historische verschijnselen te analyseren en interpreteren;
  • snel en adequaat op het spoor te komen van literatuur, de gebruikswaarde daarvan in te schatten en verschillende typen bronnen van elkaar te onderscheiden;
  • op elementair niveau vanuit ethische en theoretisch-filosofische invalshoek op je eigen vakgebied te reflecteren;
  • jezelf adequaat mondeling en schriftelijk uit te drukken en effectief te discussiëren;
  • te reflecteren op je eigen werkzaamheden, feedback te geven op de werkzaamheden van je medestudenten en zelf feedback te ontvangen en verwerken.

Het B1-programma geeft je als student een goede indruk van wat de bacheloropleiding Geschiedenis omvat en van je vermogen om uiteindelijk na drie jaar aan de eindtermen van de opleiding te voldoen. Hierbij geldt een bindend studieadvies op basis van het aantal behaalde studiepunten. Je kunt rekenen op een actieve begeleiding die met name in de werkcolleges en het mentoraat tot uitdrukking komt. Waar nodig word je vanzelfsprekend doorverwezen naar de studieadviseur met wie je ook op eigen initiatief contact kunt opnemen.


Schrijfdossier

In het eerste jaar van de opleiding begin je met het aanleggen van een schrijfdossier. In dit dossier neem je alle werkstukken op die je gedurende de opleiding schrijft. Zo krijg jijzelf, maar ook de docenten die je begeleiden, een goed beeld van de ontwikkeling van jouw schrijf- en onderzoeksvaardigheden: waar ben ik goed in en waar moet ik aan werken? Meer informatie over het schrijfdossier kun je vinden onder ‘Bachelorprogramma op hoofdlijnen’.