Onderzoekscentrum voor mystiek en spiritualiteit
Zoek in de site...

Marianne Schippers

Datum bericht: 12 april 2022

Welke ambitie gaat er schuil achter nieuwe onderzoekers en vrijwilligers van het Titus Brandsma Instituut? In een serie introductiegesprekken spreken we nieuwe medewerkers over hun drijfveren en motivatie. Deze keer aan het woord: Marianne Schippers.

Marianne Schippers - Nieuw licht op het TBI
Mijn naam is Marianne Schippers en ik ben per 1 april 2022 werkzaam binnen het Titus Brandsma Instituut. Na mijn studie klassieke talen aan de VU Amsterdam promoveerde ik in Leiden op een onderzoek dat zich richtte op terminologie, theorieën en conceptualiseringen van retorische imitatie bij de Griek Dionysius van Halicarnassus en de Romein Quintilianus. Hun ideeën analyseerde ik tegen de achtergrond van het Grieks-Romeinse classicisme dat in hun dagen in Rome hoogtij vierde. Tijdens en na mijn promotieonderzoek gaf ik colleges Grieks en Latijn aan de Universiteit Leiden en de Rijksuniversiteit Groningen.

Mijn wetenschappelijke interesses zijn divers. Al sinds mijn studietijd gaat mijn hart uit naar receptieonderzoek, vooral binnen het werk van classica en dichteres Ida Gerhardt. Daarnaast heb ik een grote belangstelling voor de (middeleeuwse) theologie en (dichterlijke) wijsbegeerte. Mijn vrije tijd staat vooral in het teken van klassieke en orgelmuziek. Verder lees ik veel, speel ik viool en trek ik graag wandelend of fietsend de bossen, velden en duinen in rondom mijn woonplaats Lisse.

Binnen het Titus Brandsma Instituut maak ik deel uit van een onderzoeksproject dat betrekking heeft op een werk van de buitengewoon productieve Amsterdamse jezuïet Maximilianus Sandaeus (1578-1656): Pro theologia mystica clavis (‘Sleutel tot de mystieke theologie’). Dit project staat onder supervisie van Inigo Bocken en Marc de Kesel en wordt gefinancierd door de Leuvense universitaire Stichting Amici Almae Matris. Als postdoconderzoeker hoop ik een tweetalige editie (Latijn en Engels) met beknopte commentaar te verzorgen van Sandaeus’ Clavis. In dit werk, een encyclopedisch woordenboek op alfabet dat het licht zag in de tijd van felle (contra-)reformatorische polemiek, put Sandaeus naar believen uit diverse mystieke en spirituele auteurs. Hij compileert hun werk voor zover hij het gebruiken kan, onderwerpt het aan semantisch onderzoek en bespreekt het kritisch. Door zijn comparatieve en synthetiserende benadering van mystiek en spiritueel bronnenmateriaal opent Sandaeus een venster naar de eeuwenoude, rijkgeschakeerde mystieke traditie, die hij daarmee ook voor de toekomst probeert te bestendigen. Niettemin is zijn Clavis zelf na de eerste en enige druk in 1640 om verschillende redenen geleidelijkerwijs aan het zicht onttrokken geraakt. Met de bezorging van een tweetalige editie zal dit scherpzinnige sleutelwerk uit de mystiek hopelijk weer de aandacht krijgen die het verdient. Zo kan het ook moderne lezers tot leidraad en gids worden op hun weg van christelijk geloof en christelijke spiritualiteit.

Ik verheug me op de komende onderzoeksjaren en op de ontmoeting met jullie. Mijn werkplek zal zijn in de kamer van Rijcklof, waar Geert Grote en Maximilianus Sandaeus eendrachtig kaft aan kaft zullen staan.