Een juridische revolutie tegen religie?

Datum bericht: 23 september 2019

Door Hans-Martien ten Napel

Op 27 juni 2019 verdedigde Barry W. Bussey in Leiden zijn proefschrift over de juridische revolutie die zich volgens hem nu in het Westen voltrekt: een revolutie tégen religie. Bussey haakt aan bij de rechtshistoricus Harold J. Berman (1918-2007), die in de Westerse rechtstraditie zes grote revoluties onderscheidde. De revolutie tegen religie zou de zevende in dit rijtje zijn. Onder de eerdere omwentelingen waren de Engelse en Amerikaanse revoluties.

Bussey bouwt zijn stelling op een gevalsstudie: de zaak van de Canadese Trinity Western universiteit. De rechtenfaculteit kreeg geen accreditatie. De reden daarvoor was dat toekomstige studenten een christelijke gedragscode moesten onderschrijven. In 2001 won Trinity Western een rechtszaak over een vergelijkbare kwestie. In 2018 verloor zij de zaak tegen de weigering van de accreditatie.

Cultuurstrijd

Het is de vraag of de bevinding van Bussey zonder meer veralgemeniseerd kan worden naar het hele Westen. Zo haalt hij een blogpost uit 2016 van hoogleraar staatsrecht aan Harvard, Mark Tushnet aan, waarin deze constateert dat de progressieven de cultuurstrijd in de Verenigde Staten hebben gewonnen. Om deze reden roept hij rechters op niet langer uitzonderingen te maken op algemeen geldende regels voor gewetensbezwaarde personen en instellingen. Dat lijkt Bussey’s stelling over een juridische revolutie tegen religie te bevestigen.

Dezelfde Tushnet heeft recenter voorgesteld het Amerikaanse Hooggerechtshof af te schaffen. De reden voor dit opvallende voorstel is gelegen in zijn waarneming dat in Amerika nu juist een conservatieve juridische revolutie aan de gang is. De Republikeinen zijn daar in hoog tempo bezig de samenstelling van de volledige rechterlijke macht te veranderen. De verkiezing van President Trump in 2016 is hierbij ongetwijfeld een bevorderende factor geweest.

Wortels in de jaren 1970

De opkomst van de conservatieve juridische beweging waarnaar Tushnet verwijst, gaat echter al verder terug. Zij is tenminste al in de jaren zeventig van de vorige eeuw ingezet. Deze opkomst vormde op haar beurt weer een reactie op de succesvolle progressieve strategie om via rechters doelen te bereiken waarvoor geen politieke meerderheid te behalen viel. Conservatieven hebben deze strategie nu eenvoudig gekopieerd.

Religie waardevol voor politiek en samenleving?

Dit is niet de plaats om uit te diepen welk beeld correcter is: dat van Bussey of van Tushnet. Interessanter is de uitgangssituatie die eerstgenoemde weergeeft in zijn boek. Daarin werd religie als waardevol beschouwd voor politiek en samenleving. Om deze reden was het vanzelfsprekend om uitzonderingen op algemeen geldende regels toe te staan voor religieus bezwaarden.

Daarin is op enig moment een kentering opgetreden. Volgens Bussey voltrekt zich momenteel een juridische revolutie tegen religie in het gehele Westen. Zelf geloof ik met Tushnet dat deze revolutie in Amerika al eerder heeft plaatsgevonden en dat er in reactie daarop een conservatieve tegenrevolutie is gekomen. Hoe dan ook, de uitgangssituatie is er niet meer.

Europa en Nederland

Het zal boeiend zijn om in het kader van het Tocqueville-project na te gaan of, en zo ja in hoeverre, dit ook voor Europa in het algemeen en Nederland in het bijzonder geldt. Tocqueville beschouwde religie als belangrijke voorwaarde voor het functioneren van publieke instituties in een democratische samenleving. Het zou in dat licht paradoxaal zijn wanneer de rechterlijke macht als een van deze instituties nu ook hier daartegen een revolutie ontketende.

Hans-Martien ten Napel is universitair hoofddocent Staats- en Bestuursrecht aan de universiteit Leiden. Ook is hij redacteur van het Tijdschrift voor Religie, Recht en Beleid.

Meld je nu aan voor de Tocqueville-nieuwsbrief!

Lees meer over de plaats van geloof in de democratie