In de jaren tachtig was ik als lid van de Universiteitsraad al betrokken bij discussies over de katholieke identiteit. Jan Peters, destijds lid van het college van bestuur, opende me toen de ogen. Hij zei dat identiteit niet gaat over wat je exclusief maakt, maar over dat wat je verbindt, welke waarden je deelt. Bij de Radboud Universiteit denk ik aan waarden als respect richting anderen en vergevingsgezindheid. Bij respect gaan we in eerste instantie uit van respect richting andere mensen. Terecht natuurlijk, maar in de identiteit van de universiteit zou ik graag ook respect voor de natuur, onze leefomgeving, verankerd zien. Naast nadruk op diversiteit en inclusie, deelden meerdere deelnemers in mijn sessie mijn aandacht voor duurzaamheid in de identiteit. De laatste jaren bekent de universiteit al duidelijker kleur, met campagnes als ‘Je bent nodig’ en de Radboud Impact Day, en het aannemen van een manager duurzaamheid. Een dappere keuze, die ik als natuurwetenschapper alleen maar toejuich. Eindelijk durft de universiteit zich uit te spreken. Dankzij de beslissing om duurzaamheid op te nemen in alle curricula van de universiteit, kunnen we studenten trainen om kritisch te reflecteren op de effecten die ons gedrag op onze leefomgeving kan hebben, zodat ze daar ook bij stilstaan in hun latere leven en niet blindelings de golf van het grote geld volgen. Er is altijd een periode van (wetenschappelijke) onzekerheid tussen het ondernemen van een maatschappelijke activiteit, zoals het verbranden van fossiele brandstof, en het moment dat zo’n activiteit ook schadelijke effecten blijkt te hebben. Hoe gaan we om met die onzekerheid? Wat mij betreft laten we ons leiden door respect voor de natuur en niet door het soms misplaatste vertrouwen dat we alle risico’s met wetenschap kunnen uitsluiten. Voor de wetenschap betekent dat: meer nadruk op wat mogelijke scenario’s zijn dan op wat we al wel weten. Zo kunnen we inzichtelijk maken waar de risico’s zitten en eventuele schade vóór zijn. Neem medicijnen. De resten daarvan belanden via het rioolwater in het milieu, met kwalijke gevolgen voor onder meer vogels en vissen. Als ondernemers al aan het begin van het productieproces oog hebben voor deze gevolgen, kunnen ze er rekening mee houden, bijvoorbeeld door te zoeken naar medicijnen die makkelijker afbreekbaar zijn. Dit gebeurt al wel, maar het kan nog veel systematischer. Met onze expertises op allerlei gebieden én de aanwezigheid van heel veel jonge mensen, kan de Radboud Universiteit een voortrekkersrol spelen in de verduurzaming van onze samenleving. Juist met complexe problemen als klimaatverandering en biodiversiteitsverlies, hebben we al onze disciplines – van economie en recht tot ethiek en communicatiewetenschap – hard nodig.”
- Ad Ragas