Centraal Adviesbureau Priesters En Religieuzen

Archiefnummer: 1005
Archiefnaam: CAPE
Sector: Kerkelijk en godsdienstig leven
Soort archief: Instellingsarchief
Datering: (1958) 1967-1991

Voor inzage toestemming aanvragen via de archivaris

Het archief bevat enerzijds bestuurlijke stukken en anderzijds gecodeerde persoonskaarten. Persoonlijke dossiers zijn door het CAPER vóór overdracht aan het KDC om privacy redenen vernietigd. Op de gecodeerde persoonskaarten rust bovendien een embargo tot 2030, eveneens met het doel de privacy van cliënten te waarborgen. De bestuursstukken bevatten minder gevoelig materiaal en zijn, na toestemming, in te zien.

Plaatsingslijst (pdf, 242 kB)

Rubriekenlijst
Rubriek 1 bevat stukken met betrekking tot de bestuursvormen.
Rubriek 2 bevat andere basisdocumenten (stukken met betrekking tot de statuten).
Rubriek 3 bevat de gecodeerde persoonskaarten.
Rubriek 10 bevat alle overige documenten.

Spotprent van Herman Focke, verschenen in: de Bazuin, 72(1989), nr. 28(30 juni)

Ten geleide
Centraal Adviesbureau Priesters en Religieuzen [1] (1958) 1967-1991
Als een hulppost voor priesters en religieuzen die in moeilijkheden waren geraakt en de hulp van anderen nodig hadden om zich staande te houden, zo is het CAPER ontstaan. De formele oprichting vond plaats in 1967 door het episcopaat, samen met de religieuze oversten in Nederland. Dat juist in deze tijd een Centraal Adviesbureau tot stand kwam is niet verwonderlijk. In de jaren zestig vonden met het Tweede Vaticaans Concilie veranderingen plaats binnen het katholicisme onder de noemer ‘aggiornamento’ (‘het bij de tijd brengen van de Kerk’). Hoewel dit voor velen een opluchting en nieuwe mogelijkheden betekende, waren er ook mensen die de nieuwe vrijheden niet aankonden. Voor hen hielden de veranderingen in dat vertrouwde kaders en oude zekerheden wegvielen wat voor verwarring zorgde. Het ligt voor de hand dat juist diegenen die midden in de branding stonden, priesters en religieuzen, dit proces heel intens hebben ervaren. Meer nog dan anderen waren zij gevoelig voor de ontwikkelingen die er plaatsvonden in de kerk; misschien waren zij ook kwetsbaarder dan anderen. Willoze slachtoffers zijn zij zeker niet geworden, maar wel ontstond er onder hen een duidelijke behoefte aan een steunpunt, waar men weer grond onder de voeten kreeg en opnieuw op weg kon worden geholpen. De weg voor CAPER lag daarmee open.

De hulp die het CAPER bood, omvatte pastorale en psychische begeleiding van diegenen die tijdens hun ambtsuitoefening of kloosterleven moeilijkheden ervoeren en hiervoor een oplossing zochten, bijvoorbeeld priesters die hun ambt wilden opgeven of religieuzen die de kloosterstaat wilden verlaten om wat voor reden dan ook.
Geleidelijk is de behoefte aan begeleiding verschoven. Waren het in het begin vooral religieuzen en priesters die dachten over uittreding; sinds het midden van de jaren zeventig wilden velen, ondanks hun problemen met bijvoorbeeld de uitoefening van hun ambt of het verplichte celibaat, hun levensstaat handhaven. Dit had tot gevolg dat bisschop J. Gijsen van Roermond eind 1978 besloot zijn subsidie aan het CAPER in te trekken. Het bureau zou priesters en religieuzen aanbevelen hun seksualiteit te beleven en toch niet het priesterambt of religieuze staat op te geven. Toen in 1989 ook nog eens de Samenwerking Nederlandse Vrouwelijke Religieuzen (SNVR) haar subsidie aan het CAPER introk, kondigde zich het einde van het adviesbureau aan. Door het ontbreken van de subsidie van de SNVR was de Konferentie Nederlandse Religieuzen (KNR) niet meer in staat zich te houden aan de afspraak met de bisschoppen dat de religieuzen tweederde deel van de kosten voor hun rekening namen en de bisschoppen eenderde. Hoewel nog naar oplossingen is gezocht, viel het doek voor CAPER. Per 1 januari 1990 werd het adviesbureau opgeheven en de lopende werkzaamheden afgerond.

Pastoor N.J.M. Vendrik werd in 1967 de eerste directeur, zijn naam blijft onlosmakelijk met het adviesbureau verbonden. Van deze dynamische figuur moest het CAPER in 1980 afscheid nemen. Om gezondheidsredenen zag hij zich gedwongen terug te treden en plaats te maken voor zijn opvolger, A.A.J. Pfaff MSF. Hij was tevens de laatste directeur.

[1] Bij dit overzicht werd gebruik gemaakt van: A.A.J. Pfaff MSF, 1967 – 1987, 20 jaar CAPER. Van adviseren naar begeleiden [Utrecht, 1987]

Literatuur van en over het Centraal Adviesbureau Priesters en Religieuzen kunt u vinden in RUQuest.

KDC – Knipselcollectie
De knipselcollectie van het KDC bevat naast knipsels uit dag- en weekbladen diverse andere vormen van min of meer losbladige informatie, zoals persberichten van het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), overlijdensberichten, fotokopieën uit bio- en bibliografische naslagwerken enz. De knipsels over het Centraal Adviesbureau Priesters en Religieuzen zijn beschikbaar in de studiezaal van het KDC.

KDC – Beeld en Geluid
De collectie Beeld en geluid kunt u doorzoeken via de Catalogus van het KDC. Door te zoeken op ‘Centraal Adviesbureau Priesters en Religieuzen’ vindt u het bedoelde materiaal.